NVAO beoordeelt onderwijskwaliteit en -cultuur aan de Universiteit Utrecht als positief

Anton Pijpers ontvangt ITK-rapport
Anton Pijpers ontvangt ITK-rapport

Anton Pijpers, voorzitter van het college van bestuur van de Universiteit Utrecht, ontving woensdagmiddag een zeer positief rapport over de cultuur voor én de kwaliteit van het onderwijs aan de Universiteit Utrecht. Afgelopen najaar doorliep de universiteit de Instellingstoets Kwaliteitszorg (ITK). De toetsingscommissie van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) constateert onder meer: ‘Het panel heeft een onmiskenbare kwaliteitscultuur aangetroffen, die door haar open karakter aanleiding geeft tot intensieve en stimulerende dialogen en uitwisseling van best practices.’

Pijpers kreeg het adviesrapport woensdag uit handen van Anne Flierman, de voorzitter van de NVAO. De Universiteit Utrecht laat duidelijk zien gericht te zijn op de ontwikkeling van het onderwijs, en systematisch werk te maken van de verbetering daarvan en van de onderwijsondersteunende infrastructuur, aldus het rapport. ‘Dit resultaat is de oogst van de betrokkenheid en inzet van de gehele universitaire gemeenschap voor het onderwijs door de jaren heen’, reageerde Pijpers.

Opleidingsbeoordeling

Deelname aan de ITK is een zeer arbeidsintensief en langdurig traject. Het plan voor een pilot met instellingsaccreditatie met opleidingsbeoordelingen die de instelling zelf uitvoert, dat een aantal jaar geleden in de Tweede Kamer sneuvelde, heeft dan ook nog steeds grote sympathie. Dit zou ongekend veel dubbel werk schelen. De Universiteit Utrecht zou graag zien dat het tweemaal positief doorlopen van een instellingstoets, beloond zou worden met het uitgesproken vertrouwen dat de universiteit zelf opleidingsbeoordelingen kan uitvoeren. Zo kan de uitkomst van deze ITK een bijdrage leveren aan een aanpassing van het accreditatiestelsel waar nu weer over wordt gesproken.

Leiderschap en vasthouden aan Utrechtse Onderwijsmodel

De NVAO geeft in het rapport verschillende aanbevelingen mee aan de universiteit. Belangrijke daarvan zijn investering in het leiderschap op het universitair middenniveau en continuering van de heldere visie op onderwijs die uit het Utrechts Onderwijsmodel spreekt. Het onderwijs aan de Universiteit Utrecht gaat uit van een uitdagend studieklimaat en onderwijs dat recht doet aan verschillende ambities en talenten van studenten. De vier belangrijkste uitgangspunten hiervan zijn: Helder onderscheid bachelor- en masterfase, flexibiliteit en keuzevrijheid, persoonlijk en activerend en professionele ontwikkeling van docenten. Goed onderwijs wordt gegeven door excellente docenten, die in staat worden gesteld hun onderwijs te verbeteren en innoveren. De commissie is onder meer enthousiast over de mogelijkheden die de universiteit heeft op het gebied van docent- en leiderschapsprofessionalisering, ondergebracht bij het Centre for Academic Teaching: leergangen, universitaire stimuleringsgelden, vele netwerken en TAUU, de Teaching Academy Utrecht University, een zelf opgezet netwerk voor en door docenten.

Instellingstoets Kwaliteitszorg

De onderwijskwaliteit van universiteiten wordt elke zes jaar beoordeeld. Dit gebeurt zowel per opleiding (accreditatie) als instellingsbreed (ITK) door de NVAO. Ten behoeve van laatstgenoemde maakte de UU een zelfstudie en ontving ze begin oktober en eind november een toetsingscommissie van de NVAO. Deelname aan de ITK is niet verplicht, maar er is wel een bonus aan verbonden: opleidingen van instellingen met een positieve ITK doorlopen een beperkter accreditatiekader. De accreditatie van opleidingen is een voorwaarde voor opname in het Centraal Register van Opleidingen Hoger Onderwijs (CROHO), bekostiging, inschrijving van studenten en de erkenning van diploma's.