Jeugdonderzoekers bezorgd over corona-achterstanden onderwijs

thuisonderwijs
Thuisonderwijs

Actie nodig om leerachterstanden coronapandemie te beperken

Terwijl de scholen gesloten blijven vanwege de nieuwe coronamutatie, nemen de zorgen toe over langdurig thuisonderwijs en oplopende leerachterstanden. Jeugdonderzoekers van de Utrecht Universiteit; juristen, pedagogen, bètawetenschappers, onderwijskundigen en economen delen hun expertise en doen aanbevelingen.

Kansrijk schooladvies extra urgent vanwege lockdown

meisje krijgt instructie van leerkracht tijdens online les
Online onderwijs volgen

Wat biedt leerlingen, ook de kwetsbare, in het basisonderwijs een kansrijke doorstroom na de lockdown? En wat is de status van de Cito-Eindtoets? Vragen waar leerkrachten, ouders, leerlingen en het ministerie van OCW het hoofd over breken.

Hoe kom je tot een afgewogen schooladvies als leerlingen niet fysiek gevolgd worden in de klas. Niet alle leerlingen kunnen goed uit de voeten met online onderwijs. Er zijn er ook die stagneren of vastlopen. Of minder goed presteren bij online toetsen.

Cito-Eindtoets

Voor het basisonderwijs adviseert de onderwijsinspectie de Cito- Eindtoets dit jaar wel door te laten gaan. Ook demissionair minister Slob is daar voorstander van. “Dat is een goede zaak en biedt kinderen en jongeren eerlijkere kansen”, zegt Claudy Oomen, onderwijskundig adviseur en onderzoeker aan de Universiteit Utrecht.  Daarbij is het belangrijk om ook naar landelijke scores te kijken. Als die erg afwijken van de pre-corona jaren, zou de normering ook moeten worden aangepast”, aldus Claudy Oomen.

Ze adviseert schoolleiders en docenten de toetsing  ook als graadmeter en niet alleen als selectie-instrument te hanteren. Oomen: “Kijk waar een kind qua niveau staat. Op welke vakken is achterstand opgelopen door de schoolsluiting? Daar kunnen scholen in het voortgezet onderwijs bij de start op inspelen, maar ook nog de basisscholen in het laatste deel van het schooljaar!

Kansrijk schooladvies

De minister roept scholen verder op vanwege de coronapandemie leerlingen een kansrijk schooladvies te geven. Voor de Cito-Eindtoets plaatsvindt, geven leerkrachten al een schooladvies af. “Belangrijk daarbij is om vooral in deze periode van online onderwijs naar de hele schoolperiode te kijken. Dus ook naar de voorgaande jaren en naar pré-corona leerprestaties”, benadrukt Oomen. 

"Onderwijsachterstanden inlopen is niet onmogelijk, wel complex"

Pedagoog Lotte Henrichs en onderwijswetenschapper Lisette Hornstra vergeleken in samenwerking met de Werkplaats Onderwijsonderzoek Utrecht de cito-scores van groep 5, 6 en 7 leerlingen met het pre-corona jaar 2019. De cijfers tonen aan dat de eerste schoolsluiting in maart tot forse achterstanden leidde, met name voor groep 5. Daar komt nu een tweede schoolsluiting bovenop. Vooral kwetsbare kinderen worden extra zwaar getroffen. Kinderen die al een taalachterstand hebben of ouders met een lager inkomen of opleidingsniveau. “Het is niet onmogelijk om opgelopen leerachterstanden te repareren. Maar de aanpak is complex en vergt veel van leraren”, aldus Henrichs. Zomerscholen en leertijdverlenging zijn mogelijke oplossingen. Om leraren te ontlasten, zou je volgens de onderzoekers zij-instromers kunnen inzetten. Maar wil je kansenongelijkheid na deze coronapandemie echt verminderen, dan is een systeemverandering nodig. Lotte Henrichs: “Denk aan kleinere klassen of brede, meerjarige brugklassen."

De economische keerzijde van onderwijsachterstand

Schoolsluiting werkt door in opleidingsniveau, loon en levensverwachting“

"Onderwijs op afstand en thuisonderwijs is geen perfect substituut voor het normale onderwijs. De gevolgen van de tijdelijke sluiting van de scholen kunnen blijvend zijn”, zegt Thomas van Huizen, onderzoeker aan de Utrecht University School of Economics. “Veel studies laten zien dat effecten op vaardigheden ontwikkeld in de kindertijd levenslang doorwerken. In de latere schoolloopbaan en carrière, maar ook in termen van gezondheid en levensverwachting. De sluiting van scholen zou op korte termijn een bijdrage kunnen leveren aan het beperken van de verspreiding van het virus, maar heeft tegelijkertijd grote negatieve gevolgen voor kinderen – gevolgen die veel verder gaan dan een tijdelijke onderwijsachterstand. Een recente studie van de Wereldbank schat wat de gevolgen van de schoolsluiting zijn op de toekomstige lonen van kinderen die getroffen zijn door de sluiting. Het gaat dan snel om tienduizenden euro’s over de levensloop van een kind”, aldus Van Huizen.

Extra financiële middelen voor het onderwijs

Na de eerste sluiting maakte het kabinet honderden miljoenen vrij voor het onderwijs en konden scholen bij het ministerie van OCW extra middelen aanvragen voor inhaalprogramma’s. Volgens Van Huizen moeten er extra financiële middelen vrijgemaakt moeten worden. Wel benadrukt de econoom dat compenseren voor een onderwijsachterstand een stuk ingewikkelder is dan het compenseren van bedrijven. Het is niet alleen een geldkwestie, maar draait ook om de vraag wat effectieve programma’s zijn om achterstanden te verkleinen.

Recht op kwalitatief goed onderwijs

Schoolkind schrijft © iStockphoto.com/akajeff
Kind maakt huiswerk

Onderwijswetgeving

De vrijheid van onderwijs is een grondrecht dat staat in de Nederlandse Grondwet, zegt Manon Julicher, gepromoveerd op de modernisering van de Nederlandse Grondwet. “Maar dit recht garandeert niet de mogelijkheid om onderwijs te krijgen en daarmee een bepaalde kwaliteit van onderwijs af te dwingen. Uiteraard staat het recht op kwalitatief goed onderwijs wel in talloze andere wetten, zoals de Wet op het Primair Onderwijs en de Wet op het Voortgezet Onderwijs. Als je de kwaliteit van het onderwijs niet goed vindt, zou je je eventueel daarop kunnen beroepen bij de rechter en kunnen zeggen dat er een wanprestatie of onrechtmatige daad wordt gepleegd. Maar de kans dat zo’n beroep slaagt is niet groot. Er moet dan aangetoond worden dat de school niet als redelijk bekwame en redelijk handelende onderwijsinstelling heeft gehandeld. De vraag is of je dat kunt aantonen als scholen zich inspannen om via leren op afstand en thuisonderwijs de lessen zo veel mogelijk door te laten gaan", aldus Julicher.”

"Thuisonderwijs is niet voor alle gezinnen een haalbaar, kwalitatief alternatief"

Belangen kinderen versus gezondheidsbelangen

Het onderwijsrecht wordt ook genoemd in internationale verdragen, zoals het Kinderrechtenverdrag van de VN, het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, en het VN -verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele rechten. Volgens Barbara Oomen, mensenrechtenexpert, staat dit recht vaak in die verdragen in de vorm van een zorgplicht, maar: “een bepaald minimumniveau is via internationale verdragen wél afdwingbaar. Bovendien leven we nu niet in een officiële noodtoestand, als een oorlog of een natuurramp. Het kabinet heeft er juist bewust voor gekozen de coronacrisis niet als een noodtoestand te bestempelen.”

Oomen vervolgt: “Waar het om gaat in mensenrechtenverdragen en andere internationale verdragen is dat je het belang van het kind centraal stelt. En dát moet gebeuren in de afweging tegen gezondheidsbelangen en veiligheid. In mijn ogen gebeurt dat nu onvoldoende. De overheid heeft hier een rol: het is makkelijker gezegd dan gedaan, maar je kan met extra geld en extra personeel organiseren dat onderwijs aan kinderen zo veel mogelijk kan doorgaan. Kwetsbare kinderen lopen nu té veel schade op door het wegvallen van de school als veilige haven en thuisonderwijs kan kwalitatief verschillen.”

Recht kinderen op identiteit

Soraya Bou-Sfia hoopt dit jaar aan de Universiteit Utrecht te promoveren op het recht van kinderen op identiteit. Dat recht staat ook in het VN-Kinderrechtenverdrag, . 

School heeft ook sociale functie

“De kinderrechten uit het verdrag moeten in samenhang gelezen worden en de verbinding tussen identiteit en onderwijs ligt voor de hand. Fysiek naar school gaan, is essentieel voor het vormen en ontwikkelen van identiteit”, aldus Bou-Sfia. “Denk maar aan de omgang met leeftijdsgenoten, het deel uitmaken van een klas, discussiëren, jezelf ontwikkelen, leren over waarden en cultuur. Het kan wel zo zijn dat andere rechten van kinderen, zoals het recht op gezondheid, in deze moeilijke tijd vragen om thuisonderwijs. Maar de belangen van kinderen moeten centraal blijven staan. Hebben we voldoende zicht hoe scholen het thuisonderwijs aanpakken? Bieden we genoeg hulp aan kinderen die geen eigen kamer hebben om schoolwerk te doen, geen eigen computer of laptop, die geen ouders hebben die hen goed kunnen bijstaan met leren?  Ik hoop dat we achteraf op deze periode niet met spijt terugkijken.”

Bètwetenschappers over online onderwijs

Student studeert met laptop op zitkussens in de Universiteitsbibliotheek in De Uithof.
Student volgt online onderwijs

Gemak of concentratielek? Kwart bètastudenten loopt vast in online thuisstudie

De lockdown geeft ons een unieke kijk op online onderwijs en de toekomst ervan. Dat hangt in grote mate af hoe de afnemers het ervaren en wat hun behoeften zijn. Onderzoeker Arthur Bakker onderzocht dit bij bètastudenten en leraren in opleiding. “Meer dan een kwart van de studenten (28%) gaf aan zich thuis moeilijker te concentreren op de studie en is sneller afgeleid. Ook vond 17% van hen het lastig de discipline op te brengen zich te motiveren voor de studie”, licht Bakker toe. Op de vraag of het online onderwijs niet meer flexibiliteit geeft, antwoordde het merendeel neutraal. Ook al is er geen reistijd en kunnen studenten hun eigen tempo bepalen, er is geen verschil meer tussen ontspannen en studeren. Ook geven studenten aan eerder moe te zijn van het online volgen van colleges. Deze bevindingen verrassen Bakker niet. In zijn eigen colleges merkt hij ook dat studenten achterlopen op de stof en tegen grenzen van de thuisstudie en online onderwijs aanlopen.  

Wiskundedocenten gebruiken minder digitale wiskundetools in afstandsonderwijs

Paul Drijvers onderzocht samen met collega’s uit Duitsland en Vlaanderen hoe wiskundedocenten in het voortgezet onderwijs omgaan met onderwijs op afstand tijdens de lockdown. Ruim 1700 docenten beantwoordden een vragenlijst over hun aanpak en ervaringen. Verrassend genoeg bleek uit het onderzoek dat het gebruik van wiskundige tools zoals GeoGebra en interactieve tools zoals Socrative of Kahoot sterk is gedaald sinds de sluiting van de scholen. “Het lijkt wel of docenten zo in beslag genomen zijn door de nieuwe middelen van online lesgeven, zoals Zoom en Teams, dat de oude vertrouwde ICT-middelen voor wiskundeonderwijs even vergeten zijn”, aldus Paul Drijvers. Het gebruik van videoconferencing is enorm toegenomen tijdens de schoolsluiting, al is dat in Duitsland veel minder het geval dan in Vlaanderen en Nederland. De docenten rapporteren sinds de lockdown wel aanzienlijk meer vertrouwen in het gebruik van digitale technologie.