Hoe weerbaar is de schoolgaande jeugd bij een tweede lockdown?
Terwijl de verwachte daling van het aantal coronabesmettingen nog niet inzet, klinkt opnieuw de roep om een totale lockdown en schoolsluiting. Een onzekere situatie die niet rijmt met de behoeften van kinderen en jongeren aan voorspelbaarheid, autonomie en verbondenheid. Corona is een gegeven waar we rekening mee moeten houden. Misschien wel voor langere tijd. Dat vraagt om duurzame aanpassingen. Thuis en in het onderwijs, zeggen jeugdonderzoekers van de Universiteit Utrecht.
Schoolsluiting sociaal en pedagogisch onwenselijk
Corona dringt niet alleen de schoolmuren binnen, ook in ieders nabije omgeving neemt het aantal besmettingen toe. Stel dat er nog een derde of vierde coronagolf komt? Kies je dan bij een nieuwe opleving voor het tijdelijk sluiten van scholen? "Sociaal én pedagogisch is dat onwenselijk", zegt Catrin Finkenauer, hoogleraar interdisciplinaire Jeugdstudies en wetenschappelijk directeur van het strategisch thema Dynamics of Youth van de Universiteit Utrecht.
Structuur in onzekere tijden
Scholen en kinderopvang bieden families structuur in een tijd dat thuiswerken al de nodige aanpassing vergt. Kinderen weten waar ze aan toe zijn; hoe laat ze opstaan, wanneer ze les hebben, ontmoeten klasgenoten en vrienden. Finkenauer: “Als kind-ouderrelaties, sociale of materiele zekerheden onder druk komen te staan is dit ontwrichtend voor de ontwikkeling.”
Uit recent onderzoek van o.a. Jaap Denissen, hoogleraar Ontwikkelingspsychologie, blijkt dat het merendeel van de kinderen vooral het gemis aan sociale verbondenheid ervoeren door het afstandsonderwijs. Ook waren zij thuis minder gemotiveerd dan op school om te leren.
Catrin Finkenauer: “De vraag is dus hoe kunnen we ondanks alle besmettingen structureel in die behoeften van de jeugd voorzien? Zodat ze genoeg aandacht, overzichtelijkheid, leerplezier en sociale verbondenheid ervaren. Is een gedeeltelijke schoolsluiting al voldoende om de curve van besmettingen af te vlakken? En wat kunnen ouders kinderen daarin aanreiken om in die behoeften te voorzien?"
Uitputtingsslag
Ook Jan van Tartwijk, hoogleraar Onderwijswetenschappen is huiverig voor een nieuwe volledige schoolsluiting. Hij ziet dat leraren, schoolleiders en schoolbesturen alles op alles zetten om het onderwijs door te laten gaan. Van Tartwijk: “Maar het is voor docenten een uitputtingsslag. Ze moeten hun onderwijs aanpassen aan wisselende omstandigheden, terwijl ze ook uitval van collega’s op moeten vangen. Ook op scholen nemen de besmettingen onder onderwijspersoneel immers toe. Daarnaast is het ook nog belangrijk dat ze contact houden met hun leerlingen zodat die niet uit zicht verdwijnen."
Achterstanden
Onderzoek toont aan dat het sluiten van scholen leidt tot meer kansenongelijkheid. Voor leerlingen die onderwijs krijgen in praktijksituaties, bijvoorbeeld in stages, is online onderwijs vaak geen alternatief.”Bovendien zijn hoogopgeleide ouders nu eenmaal beter in staat om hun kinderen te helpen bij hun schoolwerk dan ouders die zelf weinig scholing hebben genoten. Dat vergroot ook de verschillen.”, aldus Van Tartwijk.
Weerbaar
Net als Catrin Finkenauer pleit Jan van Tartwijk voor duurzame aanpassingen. Binnen scholen zijn er grote vorderingen gemaakt met ICT en hybride onderwijs. Leraren zullen steeds beter in staat zijn om cognitief leren te stimuleren. Maar binnen online onderwijs kan volgens hem nooit zo goed de pedagogische functie van het onderwijs worden vervuld als in face-to-face onderwijs.
Wat de impact van Covid19 op de ontwikkeling van de jeugd zal zijn, weten we pas op langere termijn. “ Dit is een unieke situatie. Wat we wel zien is dat Nederlandse jongeren over het algemeen heel weerbaar zijn. Dat is een positief uitgangspunt”, onderstreept Jaap Denissen.