Elmar Hellendoorn: "Wij hebben geen antwoord op nucleaire chantage van Rusland"
Nederland had na de oorlog een grotere rol in de wereldpolitiek, en ons land was veel minder op Amerika gericht, dan wordt aangenomen. Dat ontdekte Elmar Hellendoorn tijdens zijn promotieonderzoek aan de Universiteit Utrecht. Hij sprak erover bij BNR Nieuwsradio (Ochtendspits 18 april, De Wereld 28 april), werd geïnterviewd in de Volkskrant van 23 april en publiceerde een opiniestuk in NRC van 26 april. Hellendoorn pleit voor meer aandacht voor nucleaire politieke geschiedenis om de dreiging van Rusland en de problematische samenwerking binnen de EU het hoofd te kunnen bieden.
"Door slimme diplomatie van Nederland lukte het om de Amerikanen zo ver te krijgen dat zij hun kernwapens onderdeel maakten van de NAVO," zei Hellendoorn bij BNR. Het Europese atoomprogramma, Euratom, was de basis van Europese samenwerking. Volgens Hellendoorn was Euratom voor die samenwerking van groter belang dan de gemeenschappelijk markt.
Konijnen in de koplampen
Hoe groot de politieke rol van kernwapens en nucleaire energie in die tijd was, lijkt nu grotendeels vergeten. Hellendoorn stelt dat het belangrijk is met het oog op Rusland en de moeizame samenwerking in de EU, dat we investeren in de kennis uit het verleden. "Wij kijken als konijnen in de koplampen op het moment dat er een Russisch nucleair dreigement komt", zegt hij in het interview in de Volkskrant. En in NRC: "Gewapend met een beter begrip van historische nucleaire dynamieken kunnen we nu en in de toekomst zorgvuldiger keuzes maken over kernwapens."