2,9 miljoen euro voor het meten en berekenen van stikstofdepositie

Universiteit Utrecht gaat stikstofdepositie meten en modelleren als aanvulling op bestaand netwerk met geld van Provincie Gelderland

De faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht ontvangt 2,9 miljoen euro voor een uitbreiding van het bestaande meetnetwerk voor stikstof en fijnstof: het meten van stikstofdepositie (de hoeveelheid stikstof die neerslaat op de bodem). De Provincie Gelderland stelt het geld beschikbaar. Wetenschapper Wietske Dohmen: “Om de belasting van natuurgebieden in kaart te brengen, is het van belang om - naast luchtmetingen - ook stikstofdepositiemetingen en -berekeningen uit te voeren.”

Meetapparatuur om stikstofdepositie te meten

Wetenschappers van de Universiteit Utrecht meten de hoeveelheid stikstof in de lucht al: ammoniak vanuit veehouderijen en stikstofdioxide van verkeer en industrie. Ze starten nu ook met het meten van het neerslaan van stikstof op de grond (depositie). Wietske Dohmen , onderzoeker bij het Institute for Risk Assessment Sciences (UU): “We gaan frequent en fijnmazig meten in leef- en natuurgebied. We starten met meten in de Regio Foodvalley, en breiden vervolgens uit naar de Veluwe. Door op veel plaatsen te meten verkrijgen we inzicht in de verschillen over het gebied.”

Met de meetgegevens kunnen de wetenschappers ook de modellen voor het berekenen van depositie valideren en mogelijk verfijnen. Met die verfijnde modellen kunnen ze uiteindelijk de effecten laten zien van maatregelen om stikstofuitstoot te verminderen (in zogenaamde scenario studies). Hiermee willen ze de transitie in de veehouderij begeleiden en beleidskeuzes onderbouwen met inschattingen van het effect op de ammoniakverspreiding en -depositie.

We willen met metingen en modelleerwerk het vertrouwen in modeluitkomsten vergroten bij alle belanghebbenden, maar ook de onzekerheden transparanter maken

Aanvulling op metingen luchtkwaliteit

De Universiteit Utrecht heeft al een meetnetwerk voor het nauwkeurig meten van de luchtkwaliteit als onderdeel van de Regio Deal Foodvalley. De metingen van stikstofdepositie zijn hierop een aanvulling. Dohmen: “Op zo’n zeventig locaties meten we al de hoeveelheid ammoniak-, fijnstof- en stikstofdioxide. We meten fijnmazig de verschillen in de hoeveelheid van deze luchtverontreinigende stoffen over een langere tijd. Inmiddels zijn de eerste meetgegevens daarvan beschikbaar.”

Daar voegen de wetenschappers nu het meten van depositie aan toe met verschillende meetmethoden. Later breiden ze deze metingen uit naar omliggend natuurgebied. Dit project maakt het ook mogelijk de luchtkwaliteit en verbetering daarvan tijdens een langere periode in kaart te brengen. Effecten van de transitie in de veehouderij op de verspreiding en depositie van ammoniak worden dan niet alleen vooraf met modellen voorspeld, maar kunnen ook met het meetnet worden gevolgd. Daarmee hopen we het vertrouwen in modeluitkomsten te vergroten bij alle belanghebbenden, veehouders, omwonenden en beleidsmakers.
“We werken hieraan met een team van staf en wetenschappers”, vertelt Dohmen. “Met de aanvullende financiering kunnen we ons team uitbreiden en versterken.”

We meten straks stikstof van bron tot depositie, door de combinatie van verschillende meetnetwerken

Meten in de stal

De WUR meet de hoeveelheid ammoniak in de stal om de uitstoot vast te stellen. Dit doen ze met het bedrijvenmeetnetwerk binnen de Regio Deal Foodvalley. Naast de 2,9 miljoen stelt de Provincie Gelderland ook vier ton beschikbaar om dit bedrijvenmeetnetwerk uit te breiden met bedrijven in de melkveesector. Door de combinatie van het bedrijvenmeetnetwerk, het omgevingsmeetnetwerk en de depositiemetingen wordt stikstof van bron tot depositie gemeten.