PvdA-leden riepen de partij op tegen handelsverdrag CETA te stemmen

Naomi Woltring in de Volkskrant

Twee handen met op de ene hand de vlag van Europa en op de andere hand de vlag van Canada © iStockphoto.com/alessandro0770
CETA-handelsverdrag tussen Canada en de EU © iStockphoto.com/alessandro0770

Op 12 juli stemde de Eerste Kamer in met het CETA-handelsverdrag tussen Canada en de EU, dankzij de voor-stem van de Partij van de Arbeid. Promovendus Politieke geschiedenis Naomi Woltring en universitair docent Internationaal en Europees recht Lucas Roorda riepen samen met Robin de Bruin (Universiteit van Amsterdam) en Janneke Holman (gemeenteraadslid PvdA Den Haag) de PvdA op tegen te stemmen.

Vorige stemming

In 2020 vond er al een stemming over CETA plaats, dat toen niet door de Tweede Kamer heen kwam. Woltring, Roorda, De Bruin en Holman snappen waarom: "Het wordt steeds duidelijker dat dit 'type' verdragen de kernideeën van de sociaaldemocratie – internationale samenwerking en verhoging van de levensstandaard – niet per se dichterbij brengen, terwijl zulke verdragen wel serieuze schade kunnen aanrichten aan onze democratie en duurzame ontwikkeling."

Woltring, Roorda, De Bruin en Holman leggen uit dat er in het verdrag geen enkele belofte over duurzame ontwikkeling is opgenomen. "CETA bevat geen harde eisen aan respect voor mensenrechten, milieu of het garanderen van goede arbeidsomstandigheden bij het produceren of importeren van goederen."

Eigen rechtssysteem

Wat Woltring, Roorda, De Bruin en Holman ook zorgen baart is dat het CATA-verdrag investeerders een eigen rechtssysteem geeft: het Investment Court System (ICS). "Via ICS kunnen investeerders – veelal grote ondernemingen – landen aansprakelijk stellen voor waardevermindering van hun investering." Zo werd Nederland recentelijk voor miljoenen aansprakelijk gesteld door twee Duitse energiebedrijven vanwege het sluiten van kolencentrales. 

Canada is wereldwijd berucht op het gebied van dit soort claims. "Canada heeft grote fossiele brandstof- en mijnbouwsectoren, en Canadese ondernemingen maken graag en vaak gebruik van investeringsclaims om milieuwetgeving in andere landen te torpederen", schrijven Woltring, Roorda, De Bruin en Holman. Hiermee vormt dit verdrag een reëel gevaar voor de democratische besluitvorming. Nu het CETA-verdrag dan toch is aangenomen, zullen de consequenties hiervan in de toekomst duidelijk moeten worden.