Oorlog op afstand in Afghanistan
De Amerikaanse militairen zijn weg uit Afghanistan, maar dit betekent niet dat ze niet langer doorgaan met oorlogvoering. Hoogleraar Conflict studies Jolle Demmers vertelt bij radioprogramma Nieuws & co over de opkomst van remote warfare, oftewel oorlogvoering op afstand.
Remote warfare
De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Antony Blinken, benadrukte in een persconferentie dat de afwezigheid van Amerikaanse militairen in Afghanistan niet bekent dat de VS nu niks meer onderneemt tegen de Taliban. “Daarmee bedoelt hij ‘remote warfare’,” legt Demmers uit. Door nieuwe technologieën in te zetten, kunnen de Amerikaanse militairen door middel van drone-aanvallen en airstrikes proberen om bepaalde dreigingen uit te schakelen.
Strategie na 9/11
Al in 2001 heeft de VS remote warfare als strategie omarmd, vertelt Demmers. “Na de aanvallen van 9/11 is er een doctrine geaccepteerd, waardoor de president het recht heeft om waar dan ook ter wereld vijanden te kunnen uitschakelen die op de een of andere manier gelinkt kunnen worden aan de aanslagen van 9/11.” Dit mandaat staat volgens Demmers haaks op alle humanitaire rechtsverdragen, maar toch valt de VS hierop terug om hun strategie te rechtvaardigen.
Onzekerheid door drones
De aanwezigheid van drones in oorlogsgebieden geeft een gigantische onzekerheid voor de mensen die daar wonen. “We denken vaak dat drones heel onzichtbaar zijn, maar ze maken een heel indringend geluid.” Wanneer de bewoners van een gebied dit geluid horen, weten ze nooit of ze slachtoffer zullen worden van een drone-aanval. “Dat leidt tot heel veel stress, medische problemen en vormen van trauma.”