Juist Geschiedenis is belangrijk in het hier en nu

Rutger Bregman is uitgeroepen tot Alumnus van het jaar van de Universiteit Utrecht. Samen met prof. dr. Beatrice de Graaf (Geschiedenis en Kunstgeschiedenis) vertelt hij in het AD over zijn studie Geschiedenis en zijn invloed op de geschiedenisstudenten van vandaag.

“Ik hoor studenten zeggen: ik wil iets met m’n werk doen, ik wil impact maken. Dat noem ik wel een Bregmaneffect.”

Het Bregmaneffect

Bregman stapt, met enige oproer, in 2007 over van de Universiteit Leiden naar de Universiteit Utrecht om hier Geschiedenis te studeren. In zijn tweede jaar krijgt hij voor het eerst college van De Graaf, en haar invulling van het vak is voor hem een keerpunt: “dat was het moment dat ik dacht: historici kunnen zó relevant zijn voor het hier en nu.” Dat hij relevant is in het hier en nu, is duidelijk te zien aan zijn invloed op de geschiedenisstudenten van vandaag. “Veel van onze studenten hebben zijn boeken echt omarmd,” vertelt De Graaf. “Ik hoor studenten zeggen: ik wil iets met m’n werk doen, ik wil impact maken. Dat noem ik wel een Bregmaneffect.”

Onbedoeld aflaat

Bregmans succes heeft ook een keerzijde, want zijn bestverkochte boek ‘De meeste mensen deugen’ werd zodanig omarmd door het publiek dat hij zich eraan begon te ergeren. “Dan zag ik een foto van iemand op Instagram die met een wit wijntje op Vlieland zat en liet zien wat een geweldig boek ‘ie wel niet las. Dan bekroop me het gevoel dat het boek als een soort aflaat werd gebruikt.” Voor zijn volgende boek wil hij daarom schrijven over een periode in onze geschiedenis waarin veel Nederlanders juist niet het goede deden: de Tweede Wereldoorlog. “De meeste mensen zaten niet in het verzet. Dat roept de vraag op: wat maakt een verzetsheld?”