“Geschiedenis geen goed argument tegen linkse samenwerking”
Naomi Woltring in NRC

Binnen de Partij van de Arbeid maken prominente leden als Eurocommissaris Frans Timmermans en de Amsterdamse PvdA-lijsttrekker Marjolein Moorman zich hard voor een intensievere samenwerking met GroenLinks. Niet alle PvdA’ers zijn echter even enthousiast. Sommigen menen dat een eventuele toekomstige fusie ‘de sociaal-democratische geschiedenis’ zou wegvagen. Onzin, schrijven promovendus Naomi Woltring en universitair docent Politieke geschiedenis Karin van Leeuwen (Universiteit Maastricht) in de NRC: de geschiedenis van links is sowieso al een geschiedenis van fusies en samenwerking.
PvdA als ultieme fusiepartij
Woltring en Van Leeuwen wijzen erop dat de PvdA zelf is ontstaan dankzij meerdere fusies en samenwerkingen. Dat begon al in 1882, toen de Sociaal-Democratische Bond (SDB) zich in de strijd voor hogere lonen en algemeen kiesrecht samenvoegde met allerlei lokale verenigingen.
Uit de SDB kwam de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) voort, die zich in 1946 op zijn beurt tot de huidige PvdA verenigde met de Vrijzinnig-Democratische Bond (VDB), de Christelijk-Democratische Unie (CDU) en een aantal uit andere partijen afkomstige katholieken en protestanten.
Historische wortels hoeven daarbij niet verloren te gaan, betogen Woltring en Van Leeuwen. Integendeel. “Mocht het tot verdere samenwerking of fusie komen tussen de PvdA en GroenLinks, dan is er genoeg gezamenlijk verleden voorhanden om tot een nieuw narratief te komen, ook al zal dat misschien de nodige afstemming vergen.”
Linkse successen dankzij samenwerking
Samenwerking op links heeft in het verleden gezorgd voor politieke successen. Zo kreeg Nederland in 1973 zijn meest linkse kabinet ooit dankzij Keerpunt 72, het gezamenlijke verkiezingsprogramma van PvdA, D66 en PPR (een van de voorgangers van GroenLinks).
En linkse successen waren niet alleen te danken aan samenwerkingen binnen de politiek. “Vooral de successen van links in de jaren zeventig waren niet denkbaar zonder nauwe contacten met maatschappelijke bewegingen”, schrijven Woltring en Van Leeuwen. “De progressieve politiek surfte op een progressieve maatschappelijke golf. De politieke verzilvering daarvan was niet mogelijk geweest zonder linkse samenwerking”.