De Mathilde Sonnettenkrans: een ode aan de eerste liefde
Fabian Stolk bij De Taalstaat

Dit jaar staat de Boekenweek in het teken van de eerste liefde. Universitair docent Moderne letterkunde Fabian Stolk is te gast bij De Taalstaat om de Mathilde Sonnettenkrans van Jacques Perk te bespreken, die bol staat van verliefdheid en de grondslag legde voor de Beweging van Tachtig.

Het sonnet
De gedichtenkrans van Perk is zowel een liefdesverklaring aan Mathilde Thomas, die hij op vakantie in de Ardennen ontmoette, als aan het sonnet, een dichtvorm die uit de mode was toen Perk in 1879 begon te schrijven. "Het sonnet stond in de tijd dat Perk ging schrijven in heel kwade reuk, dat was een waardeloze kunstmatige vorm vond men. Reden te meer voor jongelui om te zeggen: 'Die gaan wij oppakken!'"
Daarnaast is het ook een erg moeilijke dichtvorm, die veel vergt van de auteur. "Als je er dan ook nog honderd gaat maken, met volgens Perk een strakke draad erdoorheen, om het tot een echte krans te maken, dan stel je jezelf heel hoge eisen. En dat wilde Perk", legt Stolk uit.
Postume publicatie

Jacques Perk heeft tijdens zijn leven een paar gedichten weten te publiceren in tijdschriften, maar zat eigenlijk altijd te wachten op een echt muse. "Perk had zich voorgenomen een sonnetten cyclus te schrijven – iets moeilijks, mooi en groots. Hij zat alleen nog te wachten op de goede inspiratie. Daar had hij een geliefde voor nodig, en dat is Mathilde geworden."
De twee hebben uiteindelijk maar vijf dagen met elkaar doorgebracht, maar dat was genoeg om in totaal 106 gedichten te volbrengen. Zelf heeft Perk de publicatie van de Mathilde Sonnettenkrans en de literaire stroming die eruit voorkwam nooit meegemaakt: hij overleed in 1881 op 22-jarige leeftijd aan tuberculose.