Edition 31, 1927: Berend Albertus Kwast, 'Bos-Niermeyer Schoolatlas der geheele aarde'

In de 31ste editie van de Bosatlas uit 1927 is voor de Nederlandse plaatsnamen een nieuwe spellingwijzer gevolgd: de Naamlijst van gemeenten, bewoonde oorden en huizengroepen. Ook in de Sovjet-Unie (persoonsverheerlijking!) en in Indonesië, waar de spellingshervormingen van 1922 weer deels worden teruggedraaid, zijn er veel naamsveranderingen. De nieuwe uitslaande kaart van Java maakt het nu mogelijk geweldig veel informatie over dit eiland op een samenhangende manier aan te bieden. Aan Indonesië worden nu zes kleurenspreads besteed. We weten zoveel meer van het gebied dat het helemaal met hoogtezones kan worden ingekleurd. Er is een plattegrond van Semarang toegevoegd en een geologische kaart van Sumatra, waar als maar mee steenkool- en olievelden worden gevonden.

Bekijk hier de digitale versie van de 31ste editie van de 'Bosatlas'

De 31ste editie van de atlas wordt gesierd door foto’s van de eerste twee redacteuren, Bos en Niermeyer; het was namelijk vijftig jaar geleden dat de eerste editie uitkwam, en 25 jaar geleden dat Bos overleed.

Portretten Bos en Niermeyer 31e editie Bosatlas, 1927

Kaartverschillen met de dertigste editie

[Kaart 1]
Bij de bevolkingsdichtheidskaart is de rode kleur voor Java helaas weggevallen. Er is nog wat onderzeese topografie bijgekomen: de Braziliaanse, Kaapverdische, Kaapse en West-Afrikaanse bekkens, de Rio Grande rug en het Telegraafplateau (bij Newfoundland, zo genoemd vanwege het netwerk van telegraafkabels die daar zijn uitgelegd). In plaats van Japantrog staat er nu ‘Tuscaroratrog’; in de volgende drukken wordt dat weer verbeterd in Tuscarora of Japantrog. In feite was de Tuscaroratrog het diepste deel van de Japantrog. De naam Lioekioetrog is veranderd in ‘Rioekioetrog’.

[Kaart 2]
De klimaatkaarten zijn door nieuwe vervangen: waarschijnlijk is er een nieuwe dertigjarige periode waarop de gegevens betrekking hebben aangebroken. De 20 graden-isotherm ligt op de kaart van de januari-isothermen bij Kaapstad anders, vergeleken met de vorige druk. Aan de kaart van de jaar-isothermen is het begrip ‘thermische equator’ toegevoegd, dat wil zeggen de zone die punten verbindt die op elke geografische lengte de hoogste gemiddelde jaarlijkse temperatuur hebben.

[Kaart 4]
Op de wereldkaart van de koloniën is een deel van Mongolië afgesplitst – dat is Tannoe Toeva, dat een tijd lang in naam onafhankelijk was, maar in feite door de Sovjet-Unie werd beheerst. In Centraal-Azië is een Kazaken republiek ingetekend, als deelstaat van de Sovjet-Unie, en een deelstaat W. Turkestan.

[Kaart 6]
Europa Staatkundig: De grens tussen Syrië en de andere mandaatgebieden op het Arabisch schiereiland is gewijzigd: Syrië grens nu niet meer aan het rijk van Ibn Saoed. De administratieve grens tussen Rusland en Siberië is veranderd waardoor Perm en Jekaterinenburg – nu herdoopt in ‘Swerdlovsk’, naar de communistische partijleider Jakov Swerdlov – in Siberië zijn komen te liggen. Andere namen die aan de Romanovs herinneren (Jekaterinenburg was naar Catharina de Grote genoemd) zijn ook veranderd: Nikolajew in ‘Wjernoleninsk’, St. Petersburg in ‘Leningrad’.

[Kaart 9]
Nederland grondsoorten: Er is een kanaalverbinding tussen de Willemsvaart bij Weert en de Maas gerealiseerd. In het Bargerveen is de grens van het nog niet verveende gebied anders ingetekend.

[Kaart 10]
Zeehavens: Tot en met de 28ste druk had het kaartje van de haven van IJmuiden een kompastekening waarop de miswijzing stond aangegeven. Die kompastekening is hier op verzoek van leraren weer opgenomen, omdat ze daarmee het verschil tussen de magnetische en geografische noordpool uit konden leggen. Kwast schrijft in het voorwoord: ‘Volgens schrijven van het Kon. Ned. Meteor. Instituut heeft de declinatie te IJmuiden in 1926 gemiddeld ongeveer 10° 42' Westelijk bedragen, en zal zij naar schatting in 1927 gemiddeld 10° 30' tellen.’

[Kaart 14-17]
Provinciekaarten: De felrode bebouwde kommen voor de plaatsen met meer dan 20.000 inwoners zijn nu door een minder opvallende tint vervangen. Kwast meldt dat hij als bron voor de schrijfwijze van de geografische namen de in 1927 verschenen lijst van Ph.G. Rapp heeft gebruikt, de Naamlijst van gemeenten, bewoonde oorden en huizengroepen in Nederland (Topografische Inrichting: ’s-Gravenhage, 1927). Hierdoor is Boxtel veranderd in ‘Bokstel’, Texel in ‘Tessel’. De namen eindigend op ‘-lo’ zijn weer veranderd in ‘-loo’: ‘Almeloo’, ‘Borculoo’.
In Rotterdam is de industriële bebouwing westelijk van de Waalhaven nu ook bij de agglomeratie getrokken. In Den Haag is de bebouwing bij Scheveningen tot aan de kust uitgebreid. In het Gooi is Hilversum gegroeid richting Laren. Een nieuwe vorm van verkeer heeft zijn intree gedaan: in de Haarlemmermeer is het Vliegterrein Schiphol aangegeven, en tussen Bilthoven en Huis ter Heide het Vliegterrein Soesterberg, bij Rotterdam het Vliegterrein Waalhaven. Als je goed kijkt tussen Den Haag en Leiden kun je veranderingen in de grondsoorten zien: er was een nieuwe geologische kaart van Den Haag en omstreken uitgekomen, die Kwast hiervoor als bron gebruikte.

[Kaart 14a]
De voorlopige grenzen en de bijbehorende dieptes van de poldergebieden staan nu aangegeven, evenals de boezemgebieden.

[Kaart 19]
Duitsland natuurkundig: Het Mittellandkanal is verder doorgetrokken dan Hannover: het reikt nu tot Brunswijk (Braunschweig).

[Kaart 23]
In Groot-Brittannië zijn er vier plaatsen bijgekomen met meer dan een miljoen inwoners: Birmingham, Manchester, Liverpool en Glasgow. Er zijn twee vliegvelden bijgeplaatst: Croydon bij Londen en Pulham bij Norwich.

Detail kaart Britse Eilanden, 31e editie Bosatlas, 1927

[Kaart 24a]
Het schema met de diverse Sovjetrepublieken is anders en meer duidelijk gevisualiseerd. Ook de indeling is gewijzigd, zowel in het schema als op de kaart.

[Kaart 25]
Oost-Europa: In het voorwoord zegt Kwast: ‘Tevens zijn hier niet alle Russische namen in overeenstemming gebracht met de ingevoerde. Op het Staatkundige blad van Europa (6) en op de bladen van Azië (31 en 32) is dit wel geschied. De voornaamste wijzigingen op dit punt zijn, dat Petrosawodski nu Kalininsk genoemd wordt, Jekaterinowslaw - Dnjepropetrowski, Nikolajev -Wjernoleninsk, Simbirsk - Mianowsk, Sarepta -- Krasnoarmeïskagorod, Tsaritsyn - Stalingrad, Petrowsk -Makhaoh Kala, Jekaterinodar - Krasnodar, Goerjew - Tsjapajew, Jekaterinenburg - Swerdlowsk, Irbit - Turin.’ Uit studie van de kaarten blijkt dat dat echter pas in de volgende editie is gebeurd.

[Kaart 26]
Scandinavië: Hier is een kaartje van Spitsbergen ingevoegd. Ook van de achtste tot en met de tiende editie was daar een kaartje van, in het kader van de 19de-eeuwse ontdekkingsreizen naar die omgeving. In 1920 werd Spitsbergen aan Noorwegen toegewezen, maar Nederland behield in theorie met een aantal andere landen het recht er de aanwezige delfstoffen te exploiteren. In 1927 kwam de ‘Ostkustbanan’ gereed, een spoorlijn langs de kust van Gefle (Gävle) naar Härnösand. Tot dan hadden de Zweden om strategische redenen geen spoorlijnen dichtbij de kust willen aanleggen. Deze lijn kwam echter niet vóór de 37ste editie op de kaart terecht.

[Kaart 27]
Aan de kaart van Spanje en Portugal is een klein economisch bijkaartje toegevoegd. Het erop aangegeven landbouwgebied betreft vooral tarwe, druiven, olijven en halfa. Halfa of esparto is een lang gras waarvan de vezels gebruikt worden voor het vlechten van manden, touw en espadrilles. De kopermijnen zijn bij Rio Tinto, de kwikzilvermijnen bij Almaden.

Economische bijkaart Spanje en Portugal, 31e editie Bosatlas, 1927

[Kaart 28]
Italië: Zuid-Tirol staat nu als een aparte administratieve eenheid op de kaart, namelijk als het Boven Etsch gebied (een vertaling van de Italiaanse naam Alto Adige).

[Kaart 31] en [Kaart 32]
Azië staatkundig: De plaats Novonikojawevsk aan de Ob, waar de Trans-Siberische spoorweg langs rijdt, is nu omgedoopt in ‘Siberiewsk’. Irbit heet tijdelijk naar een regisseur van films over de revolutie, ‘Turin’. Kwast zegt: ‘Op de bladen 31 en 32 zijn tevens belangrijke grenswijzigingen aangebracht in Arabië, waarbij bewerker den zeer gewaardeerden steun mocht ontvangen van prof. SNOUCK HURGRONJE te Leiden. De gesloten overeenkomsten tusschen den Wachabietenvorst [dat wil zeggen Ibn Saoed] en Jemen (en Engeland en Italie!) maakten het wenschelijk het land Asir nog apart aan te duiden.’ Er is nu een grens getrokken dwars door de grote Arabische Woestijn (Roeb al-Chali), tussen het Arabië van Ibn Saoed enerzijds en Jemen, Aden, Hadhramaut en Oman anderzijds. Aan de noordkant van Ibn Saoeds’ Arabië is ook de grens met de door de Britten gecontroleerde staten Trans-Jordanië, Irak en Koeweit vastgelegd.
De Kirgiezen Republiek is hernoemd tot ‘Kazaken Republiek’ (hoofdstad Kzyl Orda), Toerkestan is verder opgedeeld in de SSR Toerkmenië (de hoofdstad Leninsk is toegevoegd), de SSR Oezbekië (hoofdstad Samarkand), de ASSR Tadjikistan (hoofdstad Dschoeschenbe (Dushanbe)) en het Karakirgiezen autonome gebied (het latere Kirgizistan, hoofdstad Dzjapar Abad). Bijna alle minderheden in de Sovjet-Unie hebben hun autonome gebieden; op de kaart aangegeven staan nog die der Oiroten of Oirjaten en der Boerjaten (B.M.R. betekent Boerjatisch Mongoolse Republiek).
In China heeft, nadat Mongolië al een groene bies had gekregen om de Russische invloed op het gebied aan te geven, nu ook Tannoe-Toeva een dergelijke bies. In Japan is de Japanse Binnenzee, die tot nu toe met de Japanse naam op de kaart stond, Seto Oetsji, nu met de Nederlandse en Engelse naam vermeld: ‘Japanse Binnenzee/Inland Sea’. Waar dat laatste voor nodig is, maken de redacteuren niet duidelijk. Gelukkig gaat de ‘Inland Sea’ er in de 34ste druk weer af.

[Kaart 33]
Insulinde: De overzichtskaart is ’natuurkundig bewerkt, om daardoor den physischen bouw van het geheele gebied beter te doen uitkomen’, dat wil zeggen in plaats van de staatkundige kleuren zijn nu hoogtezones ingekleurd. De schrijfwijze van een aantal plaatsnamen is opnieuw gewijzigd volgens Gouvernements Besluit van 18 Juli 1925, en wel aangepast aan de traditionele Nederlandse schrijfwijze in plaats van aan de inheemse uitspraak: we zijn op deze kaart weer teruggekeerd naar de spellingen Billiton, Bonthain en Cheribon. Die constante wijzigingen van de spelling der plaatsnamen en van de grenzen der residenties in deze kolonie vormen een plaag voor de kartografen!
Aan de Digoel is de plaats Asike opgenomen, ten tijde van het drukken van de kaart was deze plaats echter alweer verlaten omdat de militaire bezetting teveel onder de malaria had geleden. Door de hoogtetinten komt de Meervlakte waar de Idenburg en Rouffaerrivieren doorheenstromen, goed uit. De residentie Ambon is gesplitst in tweeën, de residenties Ambon en Ternate; elk heeft een deel van Nieuw-Guinea. Oost-Celebes is aan het Gouvernement Celebes en Onderhorigheden onttrokken en overgeheveld naar de residentie Menado.
In Frans Indo-China zijn de grenzen van de verschillende delen (Cambodja, Laos, Annam, Cochin-China en Tonkin) nu duidelijk aangegeven. Doordat de staatkundige kleuren zijn weggevallen valt de Franse concessie in China, met Pointe Nivet, aan de baai van Kwang-tsjoe (Zhanjiang Gang), met het eiland Toeng-sjan (Dong hai dao) minder op.

[Kaart 34-35]
In plaats van een in tweeën geknipt Java is er nu een grote uitklappende kaart van dat eiland op dezelfde schaal. De grenzen van de nieuwe provincie West-Java zijn daarop aangeduid, het is onderverdeeld in negen residenties: Banten, Batavia, Buitenzorg, Krawang, West-, Midden- en Oost-Preanger, Indramajoe en Cheribon. De stoomtramlijn van Cheribon naar Semarang is tot spoorlijn uitgebouwd. Er zullen echter pas vanaf 1929 expresdiensten van Batavia naar Soerabaja over rijden. De volgende bijkaartjes werden er aan toegevoegd: een gekleurde geologische kaart van Java, een voor de dichtheid van bevolking annex talenkaart, en een landbouwproductenkaart, terwijl de stedenkaarten werden vernieuwd en ook op dit blad werden opgenomen. Van de tiende tot en met de veertiende druk stond er ook een landbouwkaartje van Java in de atlas, van de tiende tot en met de dertiende editie ook al een talenkaart.
Op Java worden de volgende traditionele koloniale spellingen hersteld bij het Regeringsbesluit van 1925: Cheribon, Bantam, Poerworedjo, Wonosobo, Soemenep, Probolinggo, Sidoardjo, Grissee, Bondowoso, Sitoebondo, Modjokerto, Ponorogo, Bodjonegoro en Kertosono.

Legenda kaart Java, 31e editie Bosatlas, 1927

Op de stadsplattegronden is de sawah-signatuur veranderd waardoor de kaarten een rustiger aanblik krijgen. Ze zijn verder ook bijgewerkt: in Batavia is in Weltevreden een nieuwe kazerne westelijk van het Koningsplein gekomen, het reeds als bebouwd aangegeven nieuwe deel Gondangdia is toch nog niet gereed, een deel van het zuidelijk ervan gelegen Menteng wél. De wijken Salemba en Kramat zijn verder verstedelijkt. De spoorlijn tussen Tanah Abang en Salemba heeft een meer zuidelijk gelegen parallelbaan gekregen (al in 1918 aangelegd). Ten oosten van de stad is het vliegterrein Antjol aangegeven. Later zal dit het vliegveld Kemajoran worden. Bij de haven Tandjong Priok is de geplande inheemse bebouwing Pedjong Koran op kleinere schaal gerealiseerd, er is ook een Uniekampong bij gebouwd, en in plaats van de vroegere badplaats Petit Trouville die tot en met de 25ste druk op deze kaart stond is nu de Badplaats Zandvoort opgenomen. Het nieuwe station Tandjong Priok staat nu op de kaart evenals het gebouw van Radio Holland dat de draadloze telegrafieverbindingen moet onderhouden.
Nieuw is de plattegrond van Semarang. Het is het hoofdkwartier van de Nederlands-Indische Spoorweg Maatschappij (NISM), de concurrent van de Staatsspoorwegen. Het station Pontjol was van de Semarang-Cheribon Stoomtrammaatschappij, het Centraal Station van de Semarang-Joana Stoomtrammaatschappij. De spoorweg van de NISM naar de Vorstenlanden vertrok uit het noorden van de stad, bij de haven, waar ook de spoorwegwerkplaatsen waren. Op de plaats van de renbaan lag ooit het fort Prins van Oranje, dat in de modder weggezakt was. West en oost van de stad waren kanalen aangelegd voor een snelle waterafvoer bij overstromingen, de bandjirkanalen. Op de plattegrond van Soerabaja blijkt niets terecht gekomen te zijn van de geplande stadsuitbreiding bij de haven. Wel is de havenuitleg zelf gerealiseerd, zowel ten westen als ten oosten van de Kali Mas, waar het Marine-etablissement uitgebreid is. Er zijn de nodige spoorlijnen aangelegd voor de ontsluiting van de Tandjoeng Perak haven. Het fort Prins Hendrik is ontmanteld, evenals de lunetten westelijk van de stad. Het Poststation in het centrum is van de Staatsspoorwegen, het station bij Tambakdoekoeh is van de NISM. Bij het station Goebeng sluiten de twee maatschappijen op elkaar aan. De visvijversignatuur is vervangen door een moerassignatuur, en in dat gebied is een nieuwe havenontwikkeling bij de Kali Anak. De petroleumraffinaderij bij Wonokromo valt net buiten beeld.
Op het landbouwkaartje van Java staan sawahs (bevloeide rijstvelden), djatibossen (teakhout), wildhoutbossen en klappers (cocosnoten) aangegeven.
Op de geologische kaart van Java staan nu ook delfstoffen aangegeven: olie (bij Tjepoe), jodium (Brantasdelta), zwavel (bij vulkanen in de Preanger), goud (Zuidwest-Preanger) en mangaan (Kedoe). Er zijn meer dan twintig werkende vulkanen op het eiland.

[Kaart 36]
Op het blad Sumatra is de treinverbinding Teloekbetoeng-Palembang, waaraan het traject Kotaboemi-Martapoera nog ontbrak, gereedgekomen. Daarnaast is ook een spoorlijn aangelegd tussen Praboemoelih, Moearaenim en Lahat, met hun steenkool- en olievelden.

Legenda kaart Sumatra, 31e editie Bosatlas, 1927

Ook op het blad Sumatra is een geologische kaart opgenomen, met dezelfde legenda als die van Java. Behalve olie, goud en zilver staan hierop ook symbolen voor steenkoolwinning (Sawahloento en Moearaenim) en olie (Deli, Palembang). De kaart is in de plaats van de plattegrond van Padang en het detailkaartje van Atjeh gekomen.
De kaart van Deli (Cultuurgebied van het Gouvernement Oostkust van Sumatra) is op een kleinere schaal overgetekend. Berastagi, tussen de vulkanen Sibajak en Sinaboeng, was de plaats waar in 1920 een kostschool werd gesticht voor de kinderen van de Nederlandse planters. Op deze kaart zijn ook de autowegen aangegeven, met rode lijnen.

[Kaart 37]
Bij vergelijking met de kaart van Celebes uit de vorige editie blijkt dat de administratieve indeling gewijzigd is: de residentie Manado is vergroot met de gebieden Mori en Z. Boengkoe.

[Kaart 39]
Afrika staatkundig: Van Soeakin in de Soedan aan de Rode Zee is een spoorlijn aangelegd naar Kassala. In de volgende druk zal die route worden gewijzigd, omdat hij een meer westelijk verloop heeft. In 1926 is in Nigeria de spoorlijn van Port Harcourt naar Kadoena (Kaduna) ten zuiden van Kano gereedgekomen, maar die komt pas in de volgende editie op de kaart, en bovendien fout, hij ontmoet hier de spoorlijn Lagos-Kano bij Zaria in plaats van Kadoena.