Edition 23, 1916: Jan Frederik Niermeyer, 'Bos’ Schoolatlas der geheele aarde'
Redacteur Jan Frederik Niermeyer komt in de 23ste editie van de Bosatlas uit 1916 met iets nieuws: bij de natuurkundige kaarten van de werelddelen zijn vanaf deze druk in de marges van de kaarten verwijzingen opgenomen naar bekende plaatsen, die op dezelfde geografische breedte liggen. New Orleans bijvoorbeeld ligt op dezelfde beedte als Agadir, Caïro en Sjanghai, en Rome op dezelfde breedte als Wladiwostok. Dat helpt ons de geprivilegieerde positie van Europa dankzij de Golfstroom te erkennen: New York ligt op dezelfde breedte als Porto in Portugal en het ijsvrije Tromsö ligt op dezelfde breedte als de noordpunt van Alaska.
Kaartverschillen met de 22ste editie
[Kaart 1]
Boven het Taimyr schiereiland staat op de Noordpoolkaart nu ook de naam Noordland genoemd. Het Luitpold land in Antarctica, ontdekt door Wilhelm Filchner in 1911 en 1912, staat meer uitgebreid op de kaart. Ook is de kustlijn van Antarctica tussen Victorialand en Wilkesland ingevuld.
[Kaart 2]
De lijst met vaste scheepvaartverbindingen is vervallen, omdat alles ontregeld is door de Eerste Wereldoorlog. Heel Sachalin is op deze kaart als Japans ingekleurd.
[Kaart 6]
Europa economisch: Ook Italië, Portugal en Bulgarije zijn nu als oorlogvoerende landen aangegeven, dus zonder volkleur maar met een grensbiesje.
[Kaart 12]
De geplande spoorlijn tussen Assen en Coevorden lijkt van de baan. Die tussen Valkenburg en Heerlen is gerealiseerd, evenals een lijntje van Heerlen richting Kerkrade en een verbinding van Nut met Hoensbroek.
[Kaart 13-16]
Provinciekaarten: In Zuid-Limburg is er een spoorweg-zijtak aangelegd naar Hoensbroek, de verbinding tussen Valkenburg en Heerlen was al in 1914 voltooid en staat nu ook als zodanig aangegeven. Er zijn nu elf mijnschachten in exploitatie in Zuid-Limburg. De trambaan van Roermond naar Thorn is afgebouwd. In de Peel is naast Helenaveen nu ook de plaats Griendtsveen opgenomen, genoemd naar Jan van de Griendt, de aannemer van de spoorlijn die er vanaf 1866 langs liep en een van de oprichters van de maatschappij ter ontginning van de Peel. In Noord-Holland is er een spoorverbinding tussen Amsterdam, Aalsmeer en Uithoorn, en Waverveen, Nieuwveen, Aarlanderveen en Alphen gerealiseerd.
[Kaart 18]
Duitsland natuurkundig: Het Mittellandkanal is nu gereed gekomen tot Hannover en zou nog in 1916 voltooid worden.
[Kaart 20]
Zwitserland: De als gepland ingetekende spoorlijn langs de bovenlopen van de Rhône en Voor-Rijn, van Brig naar Flans (Chur) zou pas tien jaar later, in 1926, geopend worden.
[Kaart 21]
De loopgravenoorlog in Noord-Frankrijk laat toch ook op de kaart zijn sporen na: een aantal nieuwe plaatsen is opgenomen: Nieuwpoort, Veurne, Aire, Péronne, La Fère en St. Mihiel (ten zuidoosten van Verdun, waar de Duitsers een vooruitgeschoven frontpositie innamen). Bovendien zijn er, alleen in Noord-Frankrijk, noordelijk van Epinal en Chartres 77 forten bijgetekend, vooral tussen Verdun en Nancy, bij Reims en Laon, en tussen Lille en Calais. Bij Belfort lagen er nog eens negen.
[Kaart 23]
Rusland: De rivier de Oeral wordt de nieuwe grens tussen Europa en Azië. Achter de naam St. Petersburg staat nu tussen haken ‘Petrograd’. Tsaar Nicolaas II veranderde de naam van de stad bij aanvang van de Eerste Wereldoorlog in Petrograd, om het te ‘ontduitsen’. Er is een spoorlijn ingetekend naar Semenowa aan de Katharinabaai in Kola; die zou echter pas in 1918 gereed zijn. Van Samara is er een spoorlijn zuidwaarts naar Astrachan in de Wolgadelta aangelegd.
[Kaart 27]
Italië: Op de grens met Oostenrijk-Hongarije is het Doberdo-plateau ingetekend, de plaats waar maar liefst twaalf veldslagen werden geleverd. Op de Karstgebied-bijkaart op pagina 22 is die naam niet als Doberdo-plateau aangegeven maar als Triëstiner Karst.
[Kaart 28]
De spoorverbinding Athene-Thessaloniki is nu gereed, met name het ontbrekende deel tussen Papapoeli en Topsjin. Ten noorden van (Thes)saloniki is de plaats Doiran nu toeggevoegd; daar was in 1913 een veldslag tussen Grieken en Bulgaren geweest die de laatsten verloren. In 1917 en 1918 zouden de Bulgaren er stand houden tegen het Britse leger. De spoorlijn van Sissek naar Banjaluka is verlengd via Jajce en Travnik zodat hij op Sarajevo aansluit. Die verbinding staat echter niet aangegeven op de kaart van Oostenrijk-Hongarije.
[Kaart 29]
De etnografische kaart van het Balkan-Schiereiland toont voor het eerst de Macedoniërs als aparte taalkundige eenheid; voordien werden ze steeds als Bulgaren beschouwd. Op de kaart wordt het gebied tussen Skopje, Bitola en Thessaloniki nu als Macedonisch aangegeven. Op kaart 8 in deze atlas, de etnografische kaart van heel Europa, worden de Macedoniërs nog niet als apart volk onderscheiden en worden ze nog als ‘Boelgaren’ aangeduid.
Op de staatkundige kaart op deze pagina wordt de staatkundige toestand van 1914 aangegeven, met dien verstande dat het gebied westelijk van de Maritza tegenover Adrianopel/Edirne in 1916 door Turkije aan Bulgarije is afgestaan.
[Kaart 31]
Azië staatkundig: De geplande Bagdadbaan staat als in aanleg gekarteerd. In Rusland is de spoorlijn St. Petersburg-Wologda-Perm en Tjoemen-Tsjim (Isjim)-Omsk aangegeven, wat ook een directe toegang van de hoofdstad tot de Trans-Siberische spoorweg inhoudt. De plaats waar de Trans-Siberische spoorweg de Ob overbrugt wordt op deze kaart ook benoemd: Novonikolejevsk, genoemd naar tsaar Nicolaas II. Tegenwoordig kennen we die plaats als de derde plaats in grootte van Rusland, Novosibirsk.
In de Himalaya is een strook land ten oosten van Bhoetan nu ook als Brits protectoraat aangegeven
[Kaart 32]
Zuid- en Oost-Azië: Voor de Bagdadbaan, zie Afrika staatkundig. Niermeyer heeft nu ingezien dat de Hedjazbaan Mekka nooit bereikt heeft, hij laat de spoorlijn nu – terecht – ophouden bij Medina.
[Kaart 33]
Insulinde: Op Nieuw-Guinea heeft men de Meervlakte verkend, en de westelijke bovenloop van de Mamberamo (Tariku) opengelegd. Het verloop van de oostelijke bovenloop (Taritatu) schijnt nog verward met de Sepik, de nieuwe naam van de Keizerin Augusta rivier. Op de bijkaart van de Molukken wordt in de legenda de civiele infrastructuur nog verder uitgewerkt: nu worden ook de standplaatsen van de civiele gezaghebbers of posthouders nog onderscheiden.
[Kaart 34]
De spoorlijn Batavia-Cheribon is doorgetrokken via Boemi-Ajoe (Bumiayu) en Poerwakarta (Purwokerto) naar Kroja (Kroya) op de lijn Bandoeng-Djokjakarta.
[Kaart 35]
Stadsplattegronden Java: Ten zuiden van Kebon Sirih ziet men op de plattegrond van Batavia een nieuw geplande uitbreidingswijk, Menteng.
[Kaart 36]
Sumatra: Er is een tramverbinding gemaakt tussen Pematang Siantar en de kust (Tebing Tinggi). Tussen Palembang en de nieuw-ontgonnen petroleumbronnen bij Moeara Enim (Muara Enim) is een spoorlijn aangelegd. Van Pandjang (Panjang), de veerhaven naar Java bij Telok Betong (Bandar Lampung) is een spoorlijn aangelegd het binnenland in, eerst naar het bestuurscentrum Tanjong Karang – minder heet voor de Europeanen dan Telok Betong – naar Batoeradja (Baturaja). Dit was transmigratiegebied: in de Lampongs werden Javanen gevestigd die op Java geen landbouwgrond meer konden krijgen.
[Kaart 39]
Afrika staatkundig: De Bagdadbaan heeft vanaf Constantinopel door Turkije nu Aleppo bereikt, en is in aanleg richting Diyarbakir en Mosul. Een deel van het traject Mosul-Bagdad-Basra is ook al voltooid, namelijk het gedeelte tussen Tikrit, Bagdad en Koet. In Afrika is Darfoer nu geïncorporeerd in de Anglo-Egyptische Soedan.
[Kaart 45]
Zuid-Amerika staatkundig: Van Sao Paulo in Brazilië loopt nu een spoorweg westwaarts over de Parana heen naar de grens met Bolivia. De lijn van Sao Paulo noordwaarts naar Uberaba is doorgetrokken tot Catalda in de staat Goyaz. Het lijkt erop of in Chili de verschillende deelstukken van spoorwegen met elkaar verbonden zijn, zodat er nu een ononderbroken lijn is van Santiago naar Iquique. Bij het Titicacameer zijn Puno in Peru en La Paz in Bolivia ook met elkaar verbonden zodat er van Arica in Chili via La Paz in Bolivia en Puno in Peru een spoorverbinding is met Mollendo aan de Pacifische kust.
[Kaart 46]
In Suriname is het Bakhuisgebergte benoemd, en is het reliëf ingetekend in het met Guyana betwiste gebied. Daarnaast is het Ellerts de Haangebergte toegevoegd, en is de plaats Panapi opgenomen. Met de letters ‘I’ en ‘B’ is nu aangegeven of een dorp door Indianen of Bosnegers bewoond wordt: Apoteki, Pontoetoe, Popokai en Panapi zijn bewoond door Ojana Indianen, Majoli, Langoe en Papai door Trio Ondianen, Ajoewa door Saloema’s; ook Cornelis Kondre en Batavia hebben een Indiaanse bevolking, evenals de dorpen aan de linker Marowijne-oever stroomop van Albina. Cottica, Granbori, Drietabbetje, Goddo, Granmarikondre, Lange tabbetje, Kadjae en Kaaimanston zijn Bosnegerdorpen. Het aantal plantages in de kolonie blijkt zeer sterk afgenomen; er bestaan alleen nog een paar langs de Commewijne en Suriname, en langs de kust bij Coronie en Nieuw-Nickerie.
[Kaart 47]
Australië: Tussen Murray Bridge oostelijk van Adelaide en de spoorweg naar Mildura is een verbinding gelegd. Op de kaart van Oceanië is vermeld wanneer de Duitse koloniën bezet zijn: het Keizer Wilhelmsland door Australië, de Bismarck-Archipel in september 1914 door Australië, de Salomonseilanden in december 1914 door Australië, Duits Samoa in augustus 1914 door Nieuw-Zeeland, de Marshalleilanden in augustus 1914 door Japan, ze zijn in november 1914 overgedragen aan Australië, de Carolinen in augustus 1914 door Japan, ook in november 1914 overgedragen aan Australië, en tot slot de Marianen in augustus 1914 door Japan.
Het bijkaartje van Taiara, het voorbeeld van een gesloten ringrifeiland, uit de Toeamotoe-archipel, is vervallen.