Geannoteerde almanakken

Een inkijk in het dagelijks leven tussen 1700-1900

Een van de meest wijdverbreide vormen van populair drukwerk in vroegmodern Europa was de almanak – een kleine, jaarlijks verschijnende publicatie gericht op een breed koperspubliek. Almanakken bevatten vaak informatie die relevant was voor de lokale bevolking, zoals de tijden van het openbaar vervoer en de dagen waarop postpakketten werden bezorgd.

Kopers hadden de optie om zogenoemde bijwerkjes, allerhande onderhoudend proza en poëzie, mee te laten inbinden. Hoewel veel almanakken zich richtten op massaal gebruik, was het in de praktijk natuurlijk vooral een geletterd publiek dat ze aanschafte. Veel almanakken zijn in de loop der tijd verloren gegaan, vooral die met een kwetsbare vorm zoals eenbladige almanakken. Gelukkig zijn er toch een behoorlijk aantal bewaard gebleven en de Universiteitsbibliotheek Utrecht heeft honderden, misschien zelfs meer dan duizend exemplaren beschikbaar ter bestudering. Dit artikel gaat in op verschillende soorten almanakken en hun doelgroepen en licht enkele exemplaren uit die aantekeningen van contemporaine lezers bevatten die het onderzoeken waard zijn.

Almanakken in de bibliotheekcollectie

De oudste almanak in de Utrechtse collectie dateert van 1507 (Almanach nova plurimis annis venturis inservientia, P qu 28). De bibliotheek bezit niet alleen veel verschillende titels, maar veel van de jaarlijks verschijnende series zijn ook omvangrijk of zelfs (bijna) compleet. De collectie bevat bijvoorbeeld een groot aantal almanakken gericht op de studenten van de Universiteit Utrecht, zoals de Utrechtsche studenten almanak die verschijnt van het begin van de 19de eeuw tot in de 21ste eeuw. Deze studentenalmanakken bevatten lijsten met namen van studenten en docenten, de verschillende verenigingen en clubs, jaarverslagen van wat er aan de universiteit gebeurde, maar ook amusant proza, poëzie en spreekwoorden gericht op de interesses van de studenten. Een andere omvangrijke serie is de Friesche Volks-Almanak, die loopt van de jaren 1830 tot 1899, gepubliceerd onder licht gewijzigde titels. Een andere grote collectie is de serie zeevaardersalmanakken The nautical almanac and astronomical ephemeris for the meridian of the Royal Observatory at Greenwich (1767-1959), die alle benodigde tabellen en getallen bevatten om de zeevaarder te helpen bij het navigeren op zee.

De inhoud van een almanak

Petit almanach, waarschijnlijk 1807 (Rariora duod 665)

Deze almanakken boden de lezers een grote hoeveelheid informatie in meestal heel kleine - en voor ons moderne gevoel heel charmante – octavo’s (achtste van een vel papier) of duodecimo’s (twaalfde van een vel papier). Er is zelfs een almanak ter grootte van je duim in de bibliotheekcollectie: de Petit Almanach uit 1807 (Rariora duod 665).

Net zoals wij de wereld binnen handbereik hebben via onze smartphones, pasten ook deze almanakken gemakkelijk in je hand of je broekzak. Terwijl we in onze tijd overstapten van dienstregelingen voor bussen en treinen naar apps die onze reis direct berekenen, informeerden deze almanakken vroegere gebruikers over de vertrektijden van lokale passagiersboten en andere transportmiddelen. Ook vermeldden ze vaak details over de lokale markten zoals locatie, data en tijden. Deze almanakken werden daarom vaak verspreid door de steden of provincies waar ze specifiek van toepassing waren.

De lezers

De informatie die ze bevatten werd door de uitgevers ook afgestemd op de beoogde kopers, en sommige toevoegingen aan de almanak (bijwerkjes) werden door de klant zelf gevraagd. Allerlei beroepsalmanakken werden speciaal toegerust op mensen met bepaalde beroepen of een bepaalde positie in de maatschappij, zoals de eerder genoemde zeevaardersalmanakken of studentenalmanakken, maar ook bijvoorbeeld Norton's literary register and book buyers almanac die, zoals de titel al suggereert, was afgestemd op de behoeften van iemand in de boekhandel, en de Veterinaire Almanak met inhoud die betrekking had op diergeneeskunde. De collectie van de bibliotheek bevat verder ook bijbelse almanakken, die zich richtten op bepaalde groepen gelovigen – protestanten of juist katholieken. En de Almanak voor vrouwen door vrouwen uit 1798 (Moltzer 6 E 29) speelde in op het soort taken en interesses waarmee vrouwen zich bezighielden in overeenstemming met de genderrollen van die tijd.

Astrologie

Naast de huishoudelijke zaken werd de almanak vooral gebruikt voor astrologische voorspellingen en raadgeving. Populaire astrologie vormde de kern van veel almanakken: ze fungeerden als leidraad voor iemands beslissingen en de zorg voor hun gezondheid, variërend van zeer belangrijk tot alledaags. De wijde verbreiding van astrologie via almanakken laat zien dat allerlei astronomische kennis onder brede lagen van de bevolking aanwezig was, dus ook buiten een academische context. Natuurlijk was er ook geregeld kritiek op, of scepsis over, de berekeningen en de voorspellingen die daaruit werden afgeleid.  Maar zulke tegengeluiden deden niet af aan de langlopende traditie van astrologische informatie in almanakken. Geleidelijk werd de inhoud van almanakken aangepast aan de behoeften van veranderende samenlevingen en uiteindelijk kregen astrologische voorspellingen in de loop van de negentiende eeuw  nauwelijks nog prioriteit. Er werden steeds minder pagina's aan astrologische inhoud  gewijd en in sommige gevallen verdween dit onderwerp geheel.

Gebruik

Hoe  almanakken daadwerkelijk werden gebruikt, is niet altijd vast te stellen aan de hand van hun beoogde lezerspubliek. Een behulpzame bron om hier meer inzicht in te krijgen, zijn de bewaard gebleven almanakken met aantekeningen. Sommige almanakken bevatten meegebonden blanco bladen voor aantekeningen van de eigenaar (zogenoemde doorschoten almanakken), terwijl andere almanakbezitters hun notities in de marges maakten. Zulke aantekeningen geven een uniek inzicht in hun dagelijks leven, waarmee we ongewoon dicht bij gewone mensen uit het verleden kunnen komen.

Annotaties

Een voorbeeld van zo'n almanak is de Nieuwe Zutphense Almanach, waarvan een exemplaar uit 1766 (Hs 17 C 40 dl 2) enkele aantekeningen bevat van een muziekleraar/musicus/instrumentenverkoper uit die tijd, mogelijk Johann Caspar Diedrich (of Theodorus) Groneman uit Zutphen. Specifiek maakte hij notities over de lessen die hij gaf.

Een Stichtze almanach uit 1746 (EAZ 1009) bevat namen en berekeningen van betalingen. Omdat het woord 'kraankind' erin vermeld staat (dat verwijst naar mannen die een kraan bedienen), was de eigenaar van de almanak mogelijk actief in de bouw.

In de Oprechten nieuwen almanach uit 1736 (EAZ 851) staan allerlei voorwerpen en materialen vermeld die de eigenaar heeft gekocht of verkocht. Veel daarvan lijken sieraden te zijn, zoals een gouden ring en een horlogeketting. Er komen ook alledaagse ingrediënten in voor, zoals melk, meel en water. De eigenaar lijkt de almanak te hebben gebruikt voor zijn persoonlijke en zakelijke boekhouding, mogelijk als juwelier.

 

Stichtze almanach, 1746 (EAZ 1009
Nieuwe Zutphense Almanach, 1766 (Hs 17 C 40 dl 2), met notities over geleverde muzieklessen en -boeken

Kroniek van sterfgevallen - de mysterieuze Friese almanak

Een exemplaar van de Provinciale almanak van Friesland voor 1853 (TT 491, 1853) bevat in het kalendergedeelte curieuze aantekeningen over wie er die maand zijn overleden, inclusief hun naam, leeftijd en sterfdatum.

Hetzelfde handschrift komt voor in een ander exemplaar uit dezelfde serie, uit 1824, wat suggereert dat beide boekjes van dezelfde persoon waren. Het deel uit 1824 bevat slechts één aantekening met details over een zelfmoord – iemand die zijn eigen keel doorsneed met een scheermes. De persoon in kwestie is Igle Jacobs Kingma uit Stiens, Leeuwarden. Er is veel informatie over hem bewaard gebleven in archiefstukken, waaronder verschillende aantekeningen van zijn vele schulden, zoals een notariële akte uit 1817 (bewaard in Tresoar, Leeuwarden). Zijn bezittingen, waaronder verschillende boerderijdieren, werden verkocht bij zijn overlijden, zoals vermeld in de Leeuwarder courant. De reden voor zijn dood lijkt eenvoudig af te leiden.

Omdat de bezitter van deze almanakken niet zijn of haar eigen naam vermeldde, kunnen we niet met zekerheid vaststellen waarom deze persoon de sterfgevallen registreerde en of er een persoonlijke relatie was met de overledenen in kwestie. Misschien werden de gegevens bijgehouden voor de kerk, of mogelijk voor de families van de overledenen. Of het om professionele of persoonlijke redenen was, of dat de annotator van de almanak simpelweg een nogal morbide fascinatie had, blijft vooralsnog een mysterie.

Provinciale almanak van Friesland, 1853 (TT 491, 1853), notities van sterfgevallen per maand
Provinciaal almanak van Vriesland, 1824 (TT 491, 1824), aantekening over de zelfmoord van Igle Jacobs van Stiens

Werk en privé gecombineerd

Als we naar deze voorbeelden kijken en ook naar de context en geschiedenis van deze almanakken, is het duidelijk dat de almanak vele doelen diende en door de uiteenlopende eigenaren steeds naar eigen behoefte werd gebruikt. Almanakken speelden dus een belangrijke rol in de organisatie van zowel huishoudelijke als zakelijke aangelegenheden. Ze zijn enigszins vergelijkbaar met een agenda of kasboek in de moderne tijd, hoewel het oorspronkelijke doel van een almanak vooral lag in de astrologische informatie en voorspellingen en informatie over jaarmarkten, post, transport en dergelijke. Formaat en toepassing konden met de jaren veranderen, omdat de uitgevers ze aanpasten aan de veranderende behoeften van hun lezers. Hoewel we gedrukte almanakken in ons digitale tijdperk nog maar weinig tegenkomen, blijft de traditie voortbestaan. Zo werd de Enkhuizer almanak, begonnen in de 17de eeuw, in veel Nederlandse huishoudens gebruikt tot ver in de 20ste eeuw en verschijnt deze nog steeds in druk, en in Ierland wordt Old Moore's Almanac al tweeënhalve eeuw uitgegeven. Voor onderzoekers bevatten almanakken een interessante, zij het relatief onderbelichte geschiedenis die verrassende inzichten kan geven in het leven van onze voorouders.