'Fasciculus temporum' van Werner Rolevinck

Kroniek in kleur

Pagina lxxi (v) in de 'Fasciculus temporum', 1480

Incunabelen staan meestal niet bekend om hun uitbundige uiterlijk en inhoud. De kroniek Fasciculus temporum vormt echter een positieve uitzondering op dit algemene beeld. Het betreft een typografisch en illustratief meesterwerk. En de editie die hier gepresenteerd wordt, zag in 1480 ook nog eens het licht in Utrecht.

Kartuizer monnik

De tekst van de Fasciculus temporum, is geschreven door Werner Rolevinck (1425-1502). Hij was een kartuizer monnik, die publiceerde op het terrein van de kerkgeschiedenis en exegetische kunst. In het kartuizer klooster St. Barbara in Keulen bracht hij meer dan vijftig geschriften voort, waaronder preken, geschiedkundige werken en Bijbelverklaringen. De Fasciculus temporum uit de jaren zeventig van de 15de eeuw behoort tot zijn belangrijkste werken. Hierin beschrijft Rolevinck de algemene wereldgeschiedenis in een overzichtelijke vorm.

Fraaie illustraties

Ark van Noach in de 'Fasciculus temporum', 1480

Vanzelfsprekend spelen religieuze opvattingen en inzichten een belangrijke rol in de wereldgeschiedenis van Rolevinck, die dan ook begint met Gods schepping van de wereld. De tekst is verlucht met veel fraaie illustraties in houtsnede. Zo zijn onder meer de ark van Noach, de stad Nineve, de Ark des Verbonds, de tabernakel en vele Bijbelse genealogieën verbeeld. Maar ook ‘profane’ zaken en steden zijn vereeuwigd, zoals Rome, Constantinopel en Londen en overzichten van de koninklijke geslachten van bijvoorbeeld Frankrijk en Engeland.

Kroniek van Utrecht

Ook een uitgebreide kroniek van de stad Utrecht ontbreekt niet in de Fasciculus temporum. Het bijbehorende stadsprofiel klopt echter niet met de toenmalige werkelijkheid. Het houtblok dat voor de afbeelding werd gebruikt, kwam namelijk ook van pas bij diverse andere steden. Deze praktijk van het hergebruiken van – kostbare – houtblokken voor het afdrukken van illustraties was destijds vrij gangbaar en werd bijvoorbeeld ook toegepast in het Liber chronicarum van Hartmann Schedel.

Product van het humanisme

Pagina lxxi (v) in de 'Fasciculus temporum', 1480

De Fasciculus temporum is zo een synthese tussen de religieuze en wereldlijke geschiedenis, een vorm die in de tijd van het humanisme vaker gebezigd werd. De nadruk ligt echter op de non-profane historie, niet verwonderlijk gezien Rolevincks achtergrond. Als bronnen voor zijn tekst gebruikte hij het Chronicon Pontificum et Imperatorum van Martin von Troppau, het Speculum historiale van Vincent van Beauvais en het anonieme Rudimentum noviciorum

Populair in het buitenland

Stadsgezicht Utrecht op pagina ccxlv (v) in de 'Fasciculus temporum', 1480

De Fasciculus temporum bleek bijzonder populair en werd ook in diverse talen vertaald: er zijn rond de vijftig edities van bekend, met een totale oplage van zo’n 100.000 exemplaren! Het hier gepresenteerde Utrechtse exemplaar (THO: RAR 11-27 qu) is mooi ingekleurd. De incunabel is een Nederlandse vertaling, in 1480 gedrukt en uitgegeven door de Utrechter Johann Veldener. Er volgde geen nieuwe herdruk, wat duidt op een geringere belangstelling voor het werk in de Lage Landen. Mogelijk was Veldener al betrokken bij de eerste druk van 1474, die in Keulen bij Arnold Therhoernen van de pers kwam. De Nederlandse vertaling zelf behandelt de wereldgeschiedenis in elk geval tot aan het jaar 1474. Na dit hoofdwerk van circa 400 pagina’s volgen echter nog 250 pagina’s met de historie van de Franse en Engelse koningen en van de eigen regio’s.

Sporen van vroegere eigenaren

Detail titelblad in de 'Fasciculus temporum', 1480

Het gedigitaliseerde werk bevat nog enkele aardige sporen van enkele voormalige eigenaren. Op het voorste schutblad staat namelijk geschreven: ‘Dit overoud en zeer zeldzaam origineel-werk; gedrukt ao. 1480, geschonken aan mijn neef! den kunstlievende heere Arnoud de Langen, op den 27 october 1785 te Amsterdam Jacobs Cornelisz Ploos van Amstel’. De incunabel belandde op den duur in de bibliotheek van het minderbroederklooster in Weert, waarna het in 1971 door de Universiteitsbibliotheek Utrecht verworven werd.

Auteur