Promotie: A pan-European perspective on food allergy: prevalence, prediction and patient profiles

tot

Samenvatting

De grootste studie gericht op voedselallergie in Europa laat zien dat voedselallergie veel voorkomt: de prevalentie varieert van 0.3% onder Griekse volwassenen tot bijna 6% onder Poolse kinderen en Zwitserse volwassenen, met prevalentieschattingen van 2 tot 3% in Nederland. Geografische verschillen in prevalentie en verantwoordelijke voedingsmiddelen worden sterk beïnvloed door omgevingsfactoren. In Noord/Centraal-Europa veroorzaakt kruisreactiviteit met berkenpollen een aanzienlijk deel van de vele allergieën voor fruit (appel, perzik, kiwi), groenten (wortel, selderij) en noten (hazelnoot). In Spanje en IJsland gaat frequente consumptie van vis en schaaldieren samen met een relatief hoge prevalentie van vis- en garnaalallergie. Het hebben van een hond in de vroege kinderjaren kan beschermen tegen latere voedselallergieën, maar andere vroege blootstellingen, zoals bezoeken van een kinderdagverblijf of opgroeien op een boerderij, blijken minder van belang. 

De ‘gouden standaard’ voor het vaststellen van voedselallergie, de voedselprovocatie, is belastend en duur. Nauwkeurige alternatieve testen zijn hoognodig. Dit proefschrift toont dat bijna de helft van volwassenen die zich presenteren met reacties op voeding correct kan worden geduid als niet-allergisch met alleen informatie uit anamnese. Bloedtesten die allergie-gerelateerde antilichamen (IgE) meten, kunnen ook het aantal provocaties terugdringen, maar de nauwkeurigheid hangt af van het voedingsmiddel en de leeftijd. De hoeveelheid IgE tegen specifieke allergene eiwitten in hazelnoot blijkt geen onderscheid te maken tussen aan- en afwezigheid van hazelnootallergie bij Nederlandse volwassenen, in tegenstelling tot eerdere bevindingen bij kinderen. Het risico op een ernstige reactie inschatten is misschien wel belangrijker dan het aantonen van een voedselallergie. Statistische modellen die informatie uit anamnese met uitslagen van bloedtesten en huidpriktesten combineren, blijken een goede voorspelling te geven van de ernst van notenallergie, waardoor de vraag naar provocatietesten in de toekomst nog verder omlaag kan.

Begindatum en -tijd
Einddatum en -tijd
Locatie
Digitaal (link)
Promovendus
S.A. Lyons BSc
Proefschrift
A pan-European perspective on food allergy: prevalence, prediction and patient profiles
Promotor(es)
prof. dr. A.C. Knulst
prof. dr. R. van Ree
Co-promotor(es)
dr. T.T.M. Le
dr. P.M.J. Welsing