Het MKB en corona: overheidssteun en de financiering van de toekomst

De maatschappelijke en economische ontwrichting door het Corona virus raakt ons allemaal, en op heel verschillende manieren. Ze heeft gevolgen voor onze gezondheidssituatie, ons sociale leven en ons werk. De crisissituatie leidt ook tot uitzonderlijke financiële maatregelen, zowel in Nederland als in Europa. Wat zien de economen van de Universiteit Utrecht op dit moment gebeuren? 

Aflevering 4: Ronald Kleverlaan over de steunpakketten voor het MKB en de (alternatieven voor) financiering in de toekomst.

Ronald Kleverlaan

De economische ontwikkelingen als gevolg van de coronacrisis volgen elkaar snel op. Er is veel te doen over gevolgen van de lockdowns voor het Nederlandse bedrijfsleven, inclusief het Midden en Kleinbedrijf (MKB). Er zijn ruimhartige steunpakketten ter beschikking gesteld door de Nederlandse overheid maar wat betekent dat voor de afhankelijkheid van deze bedrijven? En zijn er alternatieven voor financiering door de overheid en de banken? We spraken met Ronald Kleverlaan, managing director van het European Centre for Alternative Finance en voorzitter van Stichting MKB Financiering, om daar meer inzicht in te krijgen.

Gaan de steunpakketten van de overheid het MKB uit de corona crisis helpen?

‘De overheidssteun heeft heel erg geholpen om de problematische ontwikkelingen als gevolg van corona tegen te houden. Vanaf de eerste ‘lockdown’ in maart 2020 zijn er allerlei generieke initiatieven opgezet en steeds verder aangescherpt om bedrijven en sectoren te ondersteunen die tegen hun wil in stilstaan en tegen inkomensverlies aanlopen. De grootste regeling is de NOW (Noodmaatregel voor Overbrugging Werkgelegenheid), waarbij subsidie verstrekt wordt om personeel in dienst te houden. Dat gaat om tientallen miljarden. NOW 1 en 2 lopen, NOW 3 is deze week gestart, die loopt door tot de zomer van 2021. Daarnaast zijn er aanvullende regelingen gekomen voor sectoren met specifieke problemen, zoals bijvoorbeeld voor ondernemers die seizoensproducten hadden ingekocht, en een garantiefonds voor de evenementenbranche. Voor zelfstandigen zonder personeel is er de Tozo (Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandige Ondernemers). Zo is er een heel palet aan subsidie-instrumenten ontstaan waarbij ervoor gezorgd wordt dat bedrijven niet failliet hoeven te gaan.

Daarnaast zijn er vanuit de financiële sector in het begin mogelijkheden geboden om tijdelijk een stop te zetten op het terugbetalen van leningen. Dat zorgt voor rust in de liquiditeit voor de ondernemingen. Want als je helemaal geen inkomsten hebt en wel 80-90% van je loonkosten betaalt, dan loop je op een gegeven moment leeg als onderneming. Dat is na zes maanden wel gestopt. Nu zie je dat de betalingen wel weer gedaan moeten worden. Er begint nu dus weer druk op de ondernemingen te ontstaan.’

Is dat niet vreemd? We hebben nu toch weer een lockdown?

‘Banken en alternatieve financiers komen terug op de positie dat zij geen overheidsorganisaties maar commerciële instellingen zijn en ook geld moeten verdienen,’ zegt Ronald Kleverlaan. ‘Het is wel zo dat de overheid aan financiers die bedrijven op dit moment nieuw krediet willen verstrekken, extra garantie geeft. Zij staat voor tweederde van het bedrag garant.

Overigens vind ik het ook goed om te noemen dat, bij alle steun, ook de Belastingdienst heel coulant is geweest. De terugbetalingen zijn eigenlijk allemaal opgeschort en de betalingen die nog openstaan, kunnen over de komende drie jaar uitgesmeerd worden. Normaal gesproken zou de Belastingdienst dat waarschijnlijk niet doen, maar het zijn hele bijzondere omstandigheden.

Eerlijk is eerlijk: als een bedrijf failliet gaat, komt dat heel vaak omdat de Belastingdienst het faillissement aanvraagt. Die is de eerste schuldeiser. Maar dat is op dit moment totaal niet wenselijk natuurlijk. Met zo’n betalingsregeling krijg je in ieder geval iets binnen. Voor de maatschappij is het trouwens ook niet wenselijk als veel bedrijven failliet gaan en mensen geen baan meer hebben.’

Ook de Belastingdienst is heel coulant geweest.

Ronald Kleverlaan

Desondanks lijken er nog steeds bedrijven te zijn die geen ondersteuning krijgen. Onlangs werd bijvoorbeeld de website ‘Ikvalbuitendeboot.nl’ geïntroduceerd. Is dat een luidruchtige minderheid?

‘Het lijkt er inderdaad soms op dat als je hard genoeg roept, je de steun krijgt. De evenementbranche liet zich gelden, en er is bijvoorbeeld ook specifieke regeling gekomen voor de kermissen. Maar in het algemeen wordt misschien wel 98% van de bedrijven ondersteund. De ondernemingen die er dan nog buiten vallen, hadden misschien al geen omzet, of waren net gestart. Natuurlijk zitten daar wrange gevallen bij. Maar het is heel moeilijk om daar een generieke regeling voor te maken. Je zou nog een extra potje voor echt schrijnende gevallen kunnen maken en die op ad hoc basis beoordelen. Maar dan moet je wel kunnen aantonen dat je echt buiten alle andere bestaande regelingen gaat vallen. Je kunt met een algemene maatregel nu eenmaal nooit 100% van de ondernemers afdekken.’

Voorbijganger loopt voor etalage langs met SALE erop
Foto: Justin Lim en Unsplash
Heel veel ondernemingen hebben het ook heel erg goed gedaan in het afgelopen jaar

Trouwens: heel veel ondernemingen hebben het ook heel erg goed gedaan in het afgelopen jaar. Het is echt niet zo dat alle bedrijven in Nederland ineens aan het infuus hangen. Een aantal sectoren heeft het heel zwaar gehad; de retail, de horeca, de evenementen, dat is heel duidelijk. Maar zelfs in de retail is de situatie eigenlijk heel wisselend: partijen die al via een webshop leverden of zich heel snel hebben omgeturnd naar online activiteiten, hebben een draai kunnen maken in hun businessmodel en die hebben soms echt wel een heel goed jaar gedraaid. Sommigen zijn innovatief bezig geweest, anderen hebben al tien jaar hetzelfde gedaan en er nu het bijltje bij neergegooid.’

Kleverlaan wijst erop dat in de steunpakketten van de overheid in beginsel een stimulans voor ondernemers was ingebouwd om deze periode te gebruiken voor de ontwikkeling van een nieuw businessmodel: ‘Een model waarmee je wel in de anderhalve meter samenleving actief kan worden of waarmee je je kunt voorbereiden op de periode na corona als de winkels weer open kunnen. Waarin werknemers niet altijd op het werk aanwezig hoeven zijn maar ook vanuit huis kunnen werken. Er zijn heel veel digitale tools, je kunt informatie makkelijker delen, mensen hoeven minder reisbewegingen te maken. Ook de digitalisatieslag in het MKB is hierdoor ook een stuk versneld.

De meer traditionele bedrijven zullen verzwakt uit de crisis komen omdat ze ingeteerd hebben op hun vermogen. Maar je zult ook zien dat een deel getransformeerd is, dus veel steviger uit de pandemie komt en daarvan de komende jaren echt profijt gaat hebben.’

Is er nog een mismatch tussen de kennis die ondernemers en hun adviseurs van de verschillende bestaande financiële producten hebben

Blijven de huidige omstandigheden inderdaad uitzonderlijk, of staan we aan het begin van veranderingen in het MKB en de financiering?

‘Je ziet dus wel dat de pandemie een processen versnelt. Een aantal ontwikkelingen waar wij als Stichting MKB Financiering al een aantal jaar mee bezig zijn, zie je nu ineens hoog op de politieke agenda staan. De Stichting is opgericht door een aantal niet bancaire financiers in de markt, samen met het Ministerie van Economische Zaken om alternatieve financiering in Nederland te stimuleren. En er zijn op dit moment heel veel ontwikkelingen op dat gebied. De politiek juicht het toe dat er verbreding komt van de financieringsmogelijkheden en er zijn er steeds meer marktpartijen die hele concrete oplossingen en nieuwe financiële producten bieden. De groei gaat echter nog niet snel genoeg. Is er nog een mismatch tussen de kennis die ondernemers en hun adviseurs van de verschillende bestaande financiële producten hebben. Bovendien is het een relatief nieuwe markt, dus de regulering is nog in ontwikkeling.

Waarom is alternatieve financiering nodig? Schieten de banken tekort?

‘Banken bieden bedrijven over het algemeen één product: meerjarige leningen met laag risico. De huidige omstandigheden laten goed zien dat er echter nogal wat onverwachte ontwikkelingen kunnen zijn. In het algemeen zie je overigens ook dat de levenscyclus van bedrijven steeds korter wordt. Je moet steeds sneller innoveren, je bedrijfsvoering aanpassen. Daar hoort ook een financieel plaatje bij. Je kunt je plannen niet meer in detail voor de komende vijf jaar uitstippelen. Vroeger, in het industriële tijdperk, was dat makkelijker, toen kon je alles wat je nodig had voor je productie becijferen. Daarop zijn de producten van de banken gebaseerd.

Maar als je iets meer risico zoekt, starter bent en nog geen track record of geen onderpand hebt, dan kun je vaak niet terecht bij de bank. Terwijl er op dit moment heel veel bedrijven zijn die zich ontwikkelen op basis van intellectueel eigendom bijvoorbeeld. Het is heel moeilijk om dat als onderpand te beschouwen. Al dit soort ondernemingen kunnen dus niet terecht bij dit financiële product. Daardoor zijn er steeds meer van dit soort aanbieders bijgekomen.’

Waar moeten we aan denken, als het om alternatieve financiering gaat?

‘Er is een heel breed palet van financieringsvormen mogelijk. Van partijen die zich met microkredieten onder de 50.000 euro richten op kleine ondernemers, zoals Qredits tot organisaties zoals NPEX, een online beurs waar grotere ondernemingen aandelen of obligaties plaatsen voor miljoenen euro’s – en alles wat daartussen zit. In beide gevallen gaat het om een kredietaanvraag voor een aantal jaar. Maar er zijn ook aanbieders, zeker op het gebied van nieuwe technologie, die op hele korte termijn krediet kunnen geven – voor een maand bijvoorbeeld. Of die via ‘facturing’ 95% van een factuurbedrag direct op je rekening storten. Zo zijn er allerlei varianten.’

Ik denk dat we uiteindelijk een breder financieringslandschap krijgen

Ronald Kleverlaan

Is er wel sprake van ontwikkeling bij de banken, op dit gebied?

‘Banken kopen of gaan samenwerkingen aan met Fintech aanbieders om in die markt ook een voet aan de grond te krijgen. Het zou me ook niet verbazen als over vijf of tien jaar een aantal van de grote Fintech aanbieders eigendom zijn van een bank – en misschien wel als stand alone organisatie blijft bestaan. Ik denk dat we uiteindelijk een breder financieringslandschap krijgen, waarbij sommige een bankvergunning (of een moedermaatschappij met een bankvergunning) hebben, sommige onafhankelijk zullen zijn of eigendom van een fonds, wellicht zelfs van publieke instanties.’

Briefjes papiergeld
Foto: Markus Spiske en Unsplash
Het is voor de stabiliteit van bedrijven heel belangrijk dat zij meer buffers hebben

Wat is er nodig voor de MKB-financiering van de toekomst?

‘Tot nu toe zijn alle maatregelen gericht op subsidiëren van kosten. Ondernemers kunnen er gaten in hun uitgavepatroon mee dekken maar er niet mee investeren. Wat nu nodig is, zijn maatregelen waarmee bedrijven weer eigen vermogen kunnen gaan aantrekken. Het is voor de stabiliteit van die bedrijven toch heel belangrijk dat zij meer buffers hebben. Dat is echter een heel ander type financiering, en komt ook niet bij de banken vandaan. Een deel van de alternatieve financiers biedt het ook niet aan. Hoe kunnen ondernemers dan wel aan eigen vermogen komen?’

Kleverlaan doet een aantal suggesties: ‘Bijvoorbeeld door een aandeelhouder in je bedrijf te introduceren die geld investeert. Heel veel MKB-ondernemers zitten daar niet op te wachten omdat ze bang zijn dan zeggenschap over hun bedrijf kwijt te raken. Toch is dat wel degelijk mogelijk zonder zeggenschap kwijt te raken, daar is nog heel veel onwetendheid over.

Een andere mogelijkheid is de achtergestelde lening – die achter je bancaire lening staat. Bij een mogelijk faillissement wordt eerste de bank terugbetaald en dan pas de achtergestelde lening. Als tegenprestatie wordt hier een hogere rentevergoeding voor gegeven vanwege het hogere risico.

Daarvoor is nodig dat al die nieuwe financiers ook goedkoop aan kapitaal kunnen komen. Dat wordt weleens vergeten: banken en alternatieve financiers hebben zelf natuurlijk ook een kapitaalbehoefte. Als je ervoor zorgt dat zij tegen een lagere rente kapitaal kunnen aantrekken (en dat hoeft niet meteen die min 1 procent te zijn waarvoor banken bij de ECB geld kunnen lenen), dan kunnen zij de ondernemers goedkoper krediet kunnen geven. Dat zijn de infrastructurele aanpassingen die eigenlijk plaats moeten vinden. Je ziet nu dat dat begint te landen; de ministeries zijn concreet aan het nadenken hoe ze dat moeten inrichten. Met Qredits hebben ze dat al gedaan, zodat ook starters met leningen onder de 25.000 euro krediet kunnen verstrekken tegen maar iets van twee procent rente. Dat is extreem laag, iets dat je eigenlijk nooit kunt doen in dat segment.’

Twee vrouwen bij de kassa van een kapsalon
Foto: Blak Wisz en Unsplash

Tot zover de financiële sector. Maar je ziet ook nog hele andere mogelijkheden voor de financiering van het MKB.

‘Er op dit moment bijvoorbeeld een ongelofelijke hoeveelheid particulier spaargeld, zo’n 450 miljard euro. Als je daarvan maar 1 procent zou kunnen mobiliseren, waarbij particulieren dit fiscaal vriendelijk zouden kunnen investeren, dan heb je in een klap de hele solvabiliteitsproblematiek in het MKB opgelost. In België hebben ze zoiets al gedaan, met de WIN-WIN lening. Ook de Nederlandse overheid zou dit soort regelingen fiscaal kunnen stimuleren.

Het MKB heeft al een slag gemaakt, is ook al verder gaan kijken dan bancaire financiering. Dat zie je bijvoorbeeld ook in de opkomst van community-financiering: niet door externe financiers maar door direct betrokkenen: je klanten, personeel en andere betrokkenen. Crowdfunding gericht op donaties en de aankoop van vouchers of producten, is hard gegroeid tijdens corona. Denk maar aan ‘Support your locals’, het steunen van je lokale winkeliers. Hiermee zijn veel ondernemers overeind gebleven.

Community financieringsvormen gaan waarschijnlijk veel normaler worden

Daarmee kom je dan bij de volgende stap: mensen die nu vooraf al een product bestellen, of tegoedbonnen voor als de winkels weer opengaan, zijn blijkbaar bereid om te investeren in dat bedrijf. Om ervoor te zorgen dat de dorpskroeg of die ene winkel maar misschien zelfs ook het zwembad uiteindelijk openblijven. Dit soort community financieringsvormen gaan waarschijnlijk veel normaler worden. De waardering van de lokale gemeenschap komt weer terug. Dat zie je nu heel sterk. We zitten thuis, dus onze fysieke leefomgeving wordt steeds belangrijker. Dat gaat echt niet alleen om kleine ondernemingen meer; soms om projecten waar miljoenen voor wordt opgehaald. Dat is een maatschappelijke trend die al langer bestaat maar die nu duidelijker zichtbaar wordt en steeds serieuzer genomen wordt.'

Worden wij zelf de financiers van onze toekomst?

‘Daarom noemde ik ook dat spaartegoed van 450 miljard. Dat is leuk, maar dat staat geparkeerd op een bank, die er ook niet zoveel mee kan om de echte economie mee te steunen. Als we nu kunnen zorgen dat de bedrijven in onze omgeving werkelijk kunnen doorgroeien na de crisis, al dan niet in de vorm van collectief eigenaarschap (zoals de Engelse pubs die soms geadopteerd worden door de dorpsbewoners die hem onmisbaar vinden), waarom dan ook niet? Ik denk dat dat in de komende jaren veel normaler gaat worden.’

Contact

Wilt u meer weten over dit onderwerp? Neem dan contact op met Ronald Kleverlaan: r.j.kleverlaan@uu.nl.