Een kijkje achter de schermen bij de herijking van de Canon van Nederland
Hoe een kritische vakdidactica geschiedenis uiteindelijk zitting nam in de commissie van de herijking van de Canon van Nederland. Een bijdrage van dr. Hanneke Tuithof, vakdidactica geschiedenis aan de Universiteit Utrecht en lector gammadidactiek bij Fontys.
In november 2008 ondertekende ik samen met andere vakdidactici en wetenschappers een brief aan de Tweede Kamer met de boodschap dat het onwenselijk was dat de Canon van Nederland werd opgenomen in het curriculum van het voortgezet onderwijs. Een van mijn motieven was dat geschiedenisdocenten net gestart waren met de implementatie van een ander referentiekader (namelijk dat van de tien tijdvakken). Ook het idee van een gestolde en gefragmenteerde Canon stond me tegen.
Aandacht voor geschiedenis
Maar de introductie van de canon leverde wel een heleboel lesmateriaal en aandacht voor geschiedenis op. Er werden regiocanons opgesteld en er verschenen verhalenbundels, liedjes, Canonpuzzels, Klokhuisfilmpjes en niet te vergeten de website entoen.nu. In het primair onderwijs voorzag de Canon in een grote behoefte. Ik werd naarmate de tijd vorderde positiever over de Canon en waardeerde de vondst van het formuleren van vensters die naar wens verder opengezet kunnen worden.
Toen ik in mei 2019 gevraagd werd om zitting te nemen in de herijkingscommissie jeukten mijn handen.
Kritiek op Canon
Als ik met geschiedenisdocenten en collega-wetenschappers sprak over de Canon was er inhoudelijke kritiek vanwege het specifiek Nederlandse karakter, het grote aandeel witte mannen en een vermeende politieke lading. In een onderzoek voor Oberon uit 2019 naar het gebruik van de Canon merkten docenten onder andere op dat de Canon diverser en actueler kon zijn, meer gespreid over en aansluitend bij de tijdvakken. Dus toen ik in mei 2019 gevraagd werd om zitting te nemen in de herijkingscommissie jeukten mijn handen.
Zeven hoofdlijnen
We begonnen als commissie met een tamelijk onbekend en ondergewaardeerd aspect van de eerste Canon, namelijk de veertien hoofdlijnen die de verschillende vensters met elkaar verbinden. Onze commissie kiest ervoor om het principe van hoofdlijnen te handhaven. Wij brengen via de zeven thematische hoofdlijnen samenhang aan in het rijke, maar in zijn opzet gefragmenteerde palet van vijftig vensters. Stuk voor stuk zijn het belangrijke thema’s in de geschiedenis van onze samenleving, die kunnen fungeren als verbindingslijnen tussen de Canonvensters van de prehistorie tot aan onze tijd. Bovendien sluiten ze aan bij thema’s die al een rol spelen in het onderwijs.
Aandachtspunten
Vervolgens hebben we op grond van de uitgevoerde onderzoeken, wetenschappelijk kritiek, advies van deskundigen, onze eigen analyse en ingezonden suggesties, een aantal aandachtspunten geformuleerd en gehanteerd om de vensters te wegen en te kiezen. Dit waren onder andere mogelijkheden voor meerstemmigheid, diversiteit, haakjes voor internationalisering, geografische en chronologische spreiding. Bij het zoeken naar nieuw evenwicht hebben we het eerder gezocht in kleine bijstellingen dan in grote verschuivingen. In alle gevallen hebben we de didactische bruikbaarheid in het oog gehouden (zowel voor primair onderwijs als voortgezet onderwijs). Zo hebben we gekeken naar de mogelijkheden om verleden en heden aan elkaar te koppelen en ruimte te geven voor het vertellen van een ‘goed verhaal’ en ook voor het vertellen van nieuwe verhalen. Omdat de Canon in de eerste plaats voor leerlingen bestemd is, is het goed dat keuzes voor vensters en vensterteksten zo concreet mogelijk zijn.
Uitdagende puzzel
De herijking van de Canon van Nederland was een uitdagende puzzel waaraan onze commissie een jaar lang hard heeft gewerkt. Het was een plezier om gezamenlijk aan de slag te zijn met belangrijke vragen: welke verhalen over de Nederlandse geschiedenis willen wij vertellen, en wat zouden leerlingen van vandaag moeten meekrijgen? De uitwerking kostte ons meer tijd en aandacht dan aanvankelijk voorzien.
Vanuit de zeven hoofdlijnen en onze aandachtspunten hebben we de complete Canon herijkt en daarbij ook naar een nieuwe balans gezocht. Dat leidde tot tien nieuwe vensters en het opnieuw beschouwen en herschrijven van alle vensterteksten.
De vensterteksten
Een van de vensters die grondig is aangepakt is ‘De Gasbel’. Het onderwerp is nu veranderd in ‘Kolen en gas’ en belicht ook de negatieve kanten van de gaswinning, zoals de aardbevingen in Groningen en milieuproblemen. Op soortgelijke wijze zijn ook andere onderwerpen van extra passages voorzien. Zo hebben we aan het venster over Michiel de Ruyter een passage toegevoegd over hoe De Ruyter nu ter discussie staat. We hadden al een venster over Slavernij en hebben het venster VOC uitgebreid met de WIC en Anton de Kom als nieuw venster opgenomen. In het venster over Indonesië hebben we uitkomsten van recent onderzoek naar de koloniale oorlog toegevoegd. Daardoor ontstaat er meer aandacht voor deze meerstemmigheid van ons koloniaal verleden.
Vrouwen in de Canon
De herijkte Canon telt meer vrouwen dan voorheen, in plaats van drie vrouwen is er nu een verhouding van een derde vrouw versus twee derde man. We laten bovendien zien dat vrouwen niet alleen in de moderne geschiedenis een rol hebben, maar in de hele geschiedenis. Zo vertellen we het verhaal van de eerste bewoners van Nederland aan de hand van Trijntje, een jager-verzamelaar. Het is pedagogisch gezien belangrijk om vrouwen in de geschiedenis zichtbaar te maken. Pas nog vroeg een leerlinge van een van mijn studenten aan de lerarenopleiding of er vroeger geen meisjes werden geboren, omdat er zo weinig vrouwen in de geschiedenisboeken staan.
Reacties op de Canon
We krijgen veel reacties op de herijkte Canon en we gaan het liefst met iedereen in gesprek. We hebben al besloten tot wat aanvullingen/bijstellingen op grond van reacties van collega’s.
Nascholing over de Canon
Vanuit het departement GKG van de Universiteit Utrecht bied ik al nascholing over examenonderwerpen aan voor docenten in het voortgezet onderwijs. Het gaat om workshops waarin inhoudelijke wetenschappelijke kennis wordt afgewisseld met het bespreken van didactische suggesties en analyseren van les- en bronnenmateriaal. Ik ben van plan om nu ook samen met UU-collega’s nascholing over de nieuwe Canonvensters te ontwikkelen en dan niet alleen docenten voortgezet onderwijs maar ook voor docenten uit het primair onderwijs te bedienen.
Dit artikel is een bewerkte en ingekorte versie van een artikel dat is geschreven voor Kleio, het blad van de vereniging van docenten in geschiedenis en staatsinrichting in Nederland (VGN Kleio).