Dit leerden kinderen tijdens het Weekend van de Wetenschap bij het Babylab

Tijdens het Weekend van de Wetenschap hadden kinderen weer veel belangstelling om spelenderwijs kennis te maken met het onderzoek van de Universiteit Utrecht. Ook onze faculteit Geesteswetenschappen was vertegenwoordigd: onder anderen Desiree Capel en Charlotte Koevoets van het Babylab (behorend bij de UiL OTS-labs) gaven een workshop over ‘kindgerichte spraak’.

Kindgerichte spraak

Kindgerichte spraak is de taalwetenschappelijke term voor de manier waarop we automatisch tegen baby’s praten, en sommige mensen tegen hun huisdier. Denk hierbij aan hogere en meer gevarieerde tonen, een langzamer tempo met meer pauzes en langgerekte lettergrepen, het gebruik van korte, simpele zinnen en het over jezelf praten in de derde persoon. Kindgerichte spraak komt overal ter wereld voor.

Charlotte Koevoets en Desiree Capel poseren voor het scherm met daarop hun PowerPoint-presentatie. Op het scherm is een moeder met baby te zien en de tekst: 'Waarom praten we op een andere manier tegen baby's?'

Een paar jaar geleden heeft het Babylab, samen met meer dan zestig andere babylabs over de hele wereld, onderzoek gedaan naar kindgerichte spraak. Aan de hand van een filmpje van het onderzoek bespraken Desiree en Charlotte het met de aanwezige kinderen.

Onderzoek naar kindgerichte spraak

Het onderzoek werd uitgevoerd door baby’s zowel Engelse kindgerichte spraak als ‘gewoon’ Engels te laten horen. Over het algemeen bleken de kinderen liever naar kindgerichte spraak te luisteren. Alleen bij baby’s die het Engels niet als moedertaal hadden was het effect minder duidelijk.

Onderzoekers denken dat we kindgerichte spraak gebruiken omdat het de aandacht van baby’s trekt. Het is ook simpeler dan gewone spraak, dus kinderen kunnen er makkelijker iets van leren. 

‘Head-turn preference method’

Tijdens het onderzoek zat de baby bij de ouder of verzorger op schoot. Met een gekleurd lampje op een scherm probeerde een onderzoeker de aandacht van de baby te trekken. Als het kind ernaar keek, verscheen een ander gekleurd lampje op een scherm links of rechts van het kind. Zodra het kind in die richting keek, en dus het hoofd draaide, werd uit die richting een opname met kindgerichte of gewone spraak afgespeeld.

Deze methode heet in het Engels daarom de ‘head-turn preference method’; de onderzoekers gaan er namelijk van uit dat baby’s een voorkeur hebben voor waar ze het langst naar kijken. In totaal kreeg elke baby acht testjes met kindgerichte spraak te horen, en acht met gewone spraak. Zo ontdekten de onderzoekers dat de baby’s gemiddeld langer bleven kijken als baby’s kindgerichte spraak hoorden en concludeerden dus voorzichtig dat ze liever luisteren naar kindgerichte spraak.

Onderzoek in Nederland

Aankomende november start ons Babylab met een nieuw onderzoek. Ze doen dan hetzelfde experiment, maar deze keer met Nederlands-lerende baby’s die Nederlandse kindgerichte en gewone spraak te horen krijgen. Misschien zien we dan net zo’n effect als bij de Engels-lerende kinderen in het experiment met Engelse spraak.