Mijn onderzoek gaat over aansprakelijkheid voor alledaagse ongevallen, beroepsfouten, rampincidenten, productiefouten, privacy-inbreuken en andere schadevoorvallen. Waar schade ontstaat, ontstaat ook al gauw de vraag wie de rekening draagt: de veroorzaker, de gedupeerde, beiden? Ook de aansprakelijkheid van andere partijen kan daarbij in het geding komen: wat was/is de rol van toezichthouders en/of de Staat (bijvoorbeeld voor vermeende nalatigheid in hoedanigheid van wegbeheerder, wetgever of rechter)? Het terrein van onderzoek betreft (hoofdzakelijk) civielrechtelijke aansprakelijkheid, waarbij in toenemende mate het Europees recht van invloed en van gewicht is.

Fundamentele vragen dienen zich aan: welke gezichtspunten zijn leidend voor de vraag wie de schade behoort te betalen? Hoe vindt de belangenafweging plaats tussen de belangen van de gedupeerde(n) en de veroorzaker van de schade of (andere) aangesproken partijen? Welke rol komt daarbij toe aan de betrokken maatschappelijke belangen en in hoeverre dienen empirische inzichten mee te wegen? Wat is de invloed van verzekeringen en/of (schade)fondsen? Mijn onderzoek richt zich op deze vragen.

Een specifiek terrein van aansprakelijkheidsrecht dat zich aan het ontwikkelen is, betreft schade door privacy-schendingen. Hierover publiceerde ik verschillende publicaties (zie Publicaties) en schreef ik deze blog. Een ander terrein van mijn interesse en publicaties betreft de schade veroorzaakt door (tests en het ontwikkelen van) geautomatiseerde systemen, in het bijzonder robottechniek en zelfrijdende voertuigen. In 2018 publiceerde ik, samen met collega Roeland de Bruin, een Engelstalig boek over de aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door zelfrijdende auto’s. Dit boek komt voort uit een meeromvattend onderzoek waarbij Roeland en ik deel uitmaakten van een consortium met Rand Europe en Cambridge University in opdracht van het Europees Parlement (EU). Dit laatste onderzoek betreft een analyse van de rol die de Europese Unie op dit punt, vanuit oogpunt van regulering, kan (en wat ons betreft: dient te) spelen.

Mijn onderzoek is zowel fundamenteel als praktijkgericht. Het bestaat uit analyses van wetgeving, rechtspraak en doctrine met aandacht voor transnationale rechtsbronnen, de rechtsvergelijkende methode en empirische inzichten.

Esther Engelhard is als onderzoeker, binnen de functie van universitair hoofddocent, verbonden aan Ucall, het Utrecht Centre for Accountability and Liability Law. Tevens is Esther lid van het dagelijks bestuur (DB) van de afdeling Privaatrecht en is zij sinds 2020 lid en plaatsvervangend voorzitter van het College van Beroep voor de Examens (CBE). Daarnaast is zij raadsheer-plaatsvervanger aan het Gerechtshof te ’s-Hertogenbosch. Zij is auteur van vele nationale en internationale publicaties (waaronder boeken en preadviezen; zie research gate), vaste medewerker van het Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht (NTBR) en van het tijdschrift Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade, zij was/is copromotor bij promotietrajecten en zij verzorgt cursussen (executive onderwijs), lezingen en gastcolleges. In 2018 was zij gastredacteur van de special over Schade van het NTBR.